Zoekresultaat

92 resultaten
U heeft gezocht op: Burgerlijk recht

Sorteren op:
  • Wet bescherming erfgenamen tegen onverwachte schulden

    De voorgestelde regeling voorziet in een uitzondering in het erfrecht waardoor een erfgenaam zijn privévermogen kan beschermen tegen een onverwachte schuld van de erflater waarvan het niet redelijk is dat hij deze uit eigen zak moet betalen.

  • Hoger beroep en cassatie in civiele zaken digitaal

    Vereenvoudiging van het burgerlijk procesrecht en digitalisering van procedures in burgerlijk recht in hoger beroep en in cassatie. Zie ook de toelichting op de consultatiestukken.

  • Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren

    Deze regeling bevat regels met betrekking tot de beloning van curatoren, bewindvoerders en mentoren als bedoeld in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. De kantonrechter die de curator, bewindvoerder of mentor benoemt, hanteert deze regeling bij diens beloning.

  • Wetsvoorstel tegengaan huwelijkse gevangenschap

    Het wetsvoorstel biedt een regeling voor het tegengaan van huwelijkse gevangenschap. Daarnaast wordt de praktijk voor zittingen gesloten jeugdhulp op locatie en de praktijk van het doen van mondelinge uitspraak in spoedeisende gevallen met dit voorstel verankerd. Daarnaast bevat het voorstel een aantal technische wijzigingen in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, Boeken 1 en 10 van het Burgerlijke Wetboek en enige andere wetten.

  • Uitbreiding benadelingsverbod klokkenluiders

    In het Burgerlijk wetboek wordt in artikel 658c van Boek 7 het benadelingsverbod voor werknemers die een vermoeden van een misstand als bedoeld in de Wet Huis voor klokkenluiders melden, aangevuld met een benadelingsverbod voor degenen die anders dan op grond van een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten zoals zzp-ers, vrijwilligers en stagiairs.

  • Wet aanpassing 2:20 BW

    Het regeerakkoord stelt dat de verbodsbepalingen voor radicale organisaties die tot doel hebben om onze democratische rechtsstaat omver te werpen of af te schaffen moeten worden uitgebreid door aanpassing van artikel 2:20 BW. Met de in het wetsvoorstel neergelegde combinatie van civiel- en strafrechtelijke maatregelen beoogt de regering het instrumentarium voor het waarborgen van de open democratische samenleving te versterken.

  • Wet overgang van onderneming in faillissement

    Met dit wetsontwerp en deze ministeriële regeling wordt een nieuwe regeling ingevoerd betreffende de positie van werknemers in faillissement. In het bijzonder betreft het de rechten van werknemers bij een overgang van onderneming in faillissement.

  • Wijziging van de Wet griffierechten burgerlijke zaken

    Met dit wetsvoorstel wordt uitvoering gegeven aan de toezegging van de Minister voor Rechtsbescherming aan de Tweede Kamer om de Wet griffierechten burgerlijke zaken als volgt te wijzigen: - de huidige griffierechtcategorie van vorderingen van €500 tot €12.500 wordt opgesplitst in vier categorieën; - de griffierechten voor rechtspersonen en burgers in de categorieën tot €5.000 worden dichter bij elkaar gebracht; - de griffierechten voor vorderingen van €5.000 of meer worden verhoogd.

  • Besluit elektronisch procederen

    Het Besluit elektronisch procederen (Bep) biedt een regelgevend kader voor alle vormen van vrijwillig en verplicht elektronisch procederen in het civiele recht en het bestuursrecht. Het Bep komt in de plaats van huidige lagere regelgeving over elektronisch procederen, waaronder het Besluit digitalisering burgerlijk procesrecht en bestuursprocesrecht. Het Bep sluit inhoudelijk zoveel mogelijk aan op dit besluit.

  • Implementatiewetsvoorstel richtlijnen verkoop goederen en levering digitale inhoud

    Met dit wetsvoorstsel worden twee Europese consumentenrechten richtlijnen geïmplementeerd. De richtlijnen regelen o.a. dat consumenten zowel voor digitale inhoud (bijv. games, applicaties), digitale diensten (bijv. streaming) als voor goederen met een digitaal element (bijv. een smart TV) recht krijgen op (veiligheids-)updates zolang zij die redelijkerwijs mogen verwachten. Ook wordt de duur van de omkering van de bewijslast ten gunste van de consument verlengd van zes maanden naar één jaar.