Wet invoering reële ambitieovereenkomst

Reactie

Vraag1

Naar aanleiding van uw brief wet invoering reële ambitieovereenkomst de volgende opmerkingen:
Opgebouwde premies behoren toe aan de deelnemers van een pensioenfonds, dit is uitgesteld loon. De staat probeert deze premie opbouw te reguleren in de verwachting dat daardoor de premies stabiliseren of verlaagd worden.
M.i zijn de te verwachte effecten,daardoor eerder het doel geworden.Lage premies zijn namelijk goed voor economie, koopkracht van werkenden en voor de overheids financiën, maar worden daardoor bij (eventueel) invaren van pensioenrechten
van de gepensioneerden, deze groep mogelijk negatief getroffen. Een punt van zorg. Pensioen premies moeten ten alle tijde kostendekkend blijven. Gepensioneerde deelnemers hebben tenslotte bij werkzaam leven de pensioenopbouw reeds betaald.
Dat het collectief invaren van oude rechten mogelijk gevolgen kan hebben voor bepaalde groepen roept dan ook vragen op.
T.a.v punt 4.2 "pensioenuitvoerders moeten helder communiceren. Dit stelt deelnemers in staat beter beslissingen te nemen" Pardon, welke beslissingen zijn dat dan. De individuele deelnemer heeft toch geen keuze. De keuzes worden door pensioenfonds en de sociale partners gemaakt.
Tot slot wordt t.a.v de beweegreden om tot een nieuw pensioencontract te komen onder meer de financiële crisis aangehaald en de rentevoet. Zaak is wel, te realiseren dat deze rente kunstmatig laag wordt gehouden door ECB beleid en dus niet bepaald wordt door de markt en voor een groot deel bijgedragen heeft aan de ontstane dekkingsgraad problemen bij de pensioenfondsen. De discontovoet en de continuering en toepassing van de UFR methodiek blijft daarom ook discutabel.Het voorstel in een andere reactie gedaan om de uitvoeringskosten in het financieel toetsingskader te normeren verdient navolging. Er lekt teveel pensioengeld weg in zakken van andere partijen. Al met al wekt dit wetsvoorstel om te komen tot een nieuw reëel contract (bij mij) niet de verwachting dat het pensioen hierdoor stabieler en schok bestendiger wordt. De mogelijke financiële schokken staan teveel op de voorgrond en risico,s worden eenzijdig op deelnemer afgewenteld en dat wekt geen vertrouwen.