AMvB Dierwaardige Veehouderij

Reactie

Vraag1

Allereerst wil ik opmerken dat de term Dierwaardige veehouderij in de regelgeving suggereert dat onze sector nu niet dierwaardig zou zijn. Dat is onterecht. Dagelijks werken wij met zorg en aandacht voor onze dieren. De minister sprak in eerdere brieven haar trots uit over de veehouderij, maar dat blijkt niet uit de huidige voorstellen. Deze zijn voor onze sector niet uitvoerbaar of betaalbaar. Het voortbestaan van verzamelcentra en andere tijdelijke verblijfsplaatsen komt hierdoor in gevaar.

Er is vaak gezegd dat de regelgeving en het convenant niet over de veelogistieke sector zouden gaan. Toch vallen verzamelcentra, veemarkten, exportstallen, quarantainestallen en TVBI’s wél onder de nieuwe regels. De bedrijfsvoering van deze tijdelijke verblijfsplaatsen is totaal anders dan die van de primaire veehouderij. Toch zijn veel artikelen van toepassing op alle houders van bepaalde diersoorten, dus ook op ons.

Op verzamelcentra verblijven dieren slechts kort. Structurele maatregelen bij probleemgedrag, zoals agressie, hebben daarom geen meerwaarde: zulke dieren zijn vaak binnen enkele uren alweer vertrokken.

Ook eisen aan stalvloeren en ruimte voor rusten, mesten en voeren zijn onrealistisch bij tijdelijk verblijf. Dergelijke aanpassingen zijn niet uitvoerbaar en financieel niet haalbaar. Daarmee komt het voortbestaan van verzamelcentra en vergelijkbare inrichtingen onder druk te staan.

De gevolgen reiken verder dan alleen onze bedrijven. Ook andere schakels in de veelogistieke keten worden geraakt. Hiervoor verwijs ik naar de reactie van Vee&Logistiek Nederland.

Wij vragen dan ook dringend om de regelgeving aan te passen, zodat deze – zoals eerder toegezegd – geen betrekking heeft op ondernemers in de veelogistieke sector.