Wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit en enkele Warenwetbesluiten
Reactie
Naam
|
Algemene Onderwijsbond (M.H. Koning)
|
Plaats
|
Utrecht
|
Datum
|
9 juli 2018
|
Vraag1
U kunt reageren op alle onderdelen.
Artikel I, onderdeel A betreft een technische wijziging voor wat betreft de verwijzing naar de geldende medezeggenschapswetgeving voor het primair en voortgezet onderwijs. Echter, zowel onder de Wet medezeggenschap onderwijs (-2006) als de huidige Wet medezeggenschap op scholen (WMS) bestaat een medezeggenschapsraad uit een deel personeel en een deel ouders (in het voortgezet onderwijs tevens leerlingen). Deze samenstelling van de medezeggenschapsraad is wettelijke voorgeschreven in artikel 3 WMS. De geledingen personeel en ouders/leerlingen in de raad hebben, naast enkele gezamenlijke advies- en instemmingsrechten, eigenstandige instemmingsbevoegdheden t.a.v. aangelegenheden die deze geledingen specifiek raken. Zoals bijvoorbeeld de regeling van de ouderbijdrage, of het personeelsbeleid en de arbeids- en rusttijdenregeling voor het personeel. Net zoals bij een ondernemingsraad heeft het personeelsdeel van de medezeggenschap een eigenstandig instemmingsrecht bij het door de werkgever te voeren arbeidsomstandighedenbeleid. Om die reden dient artikel I onderdeel A als volgt te luiden:
In artikel 1.3, vierde lid, onderdeel a, wordt “een medezeggenschapsraad als bedoeld in de Wet medezeggenschap onderwijs 1992” vervangen door “het personeelsdeel van de medezeggenschapsraad als bedoeld in de Wet medezeggenschap op scholen”.
Deze omissie, ook in het huidige artikel van het Arbeidsomstandighedenbesluit is in de afgelopen jaren al meermalen ons gemeld bij contacten met OCW. Maar helaas is dit blijkbaar niet aan SZW doorgespeeld.
Met vriendelijke groet,
Marcel Koning
stafmedewerker Algemene Onderwijsbond