Archiefwet 2021
Reactie
Naam | A3S Informatiebeheeradvies (A.M.J. Spruit) |
---|---|
Plaats | Gouda |
Datum | 23 januari 2020 |
Vraag1
1. Modernisering en begrippenMet dit wetsvoorstel wordt een aantal centrale begrippen gemoderniseerd en bij de tijd gebracht, zoals met de nieuwe begrippen archiefdienst en depot (was archiefbewaarplaats en archiefruimte) en document (was archiefbescheiden). Wat vindt u hiervan? Zijn er nog andere begrippen waar u in dit verband aan denkt of die u mist?
2. Waarde van documenten en publieke belangen
In het wetsvoorstel zijn (onder ‘waarde van documenten’) de publieke belangen benoemd die richtinggevend zijn voor archiefbeheer door overheden: de uitvoering van publieke taken en de verantwoording, de rechtsvinding, onderzoek en het cultureel erfgoed. Kunt u zich hierin vinden?
De keuze voor 'document' hoort te veel bij oud denken. 'Informatieobject' is beter, zowel om inhoudelijke redenen als voor de integratie van archivering en informatiebeheer met de rest van ICT en informatievoorziening. Die integratie blijft voorlopig belangrijk en een uitdaging. Zie voor een uitgebreidere onderbouwing het bijgevoegde document.
Vraag2
1. Goede, geordende en toegankelijke staat en risicobenaderingOnder goede, geordende en toegankelijke staat is in dit wetsvoorstel toegevoegd, dat overheden hiertoe passende maatregelen nemen. Dit geldt ook bij vernietiging. Hiermee wordt een zgn. risicobenadering geïntroduceerd. Wat vindt u van deze benadering?
2. Overbrengingstermijn
Het wetsvoorstel bepaalt dat archieven na tien in plaats van na twintig jaar dienen te worden overgebracht naar een archiefdienst. Dit moet ertoe leiden dat met name (blijvend te bewaren) digitale documenten eerder duurzaam worden beheerd en openbaar worden voor het algemene publiek. Wat vindt u van deze maatregel?
Risicobenadering is OK en sluit aan bij hoe NEN- en ISO-normen voor archivering en informatiebeheer hierop reeds gericht zijn.
De maatregel om de termijn voor overbrenging terug te brengen van na maximaal 20 naar na maximaal 10 jaar zal in de praktijk niet de verwachte resultaten (meer duurzaamheid, meer informatie op orde en meer openbaarheid) opleveren. Bij het handhaven van het traditionele concept van overbrenging moeten zelfs grote vraagtekens worden gezet. Zie voor de onderbouwing hiervan het bijgevoegde document.
Vraag3
1. Openbaarheid en openbaarheidsbeperkingNa overbrenging naar het archief zijn documenten in principe openbaar, maar overheden kunnen hieraan tijdelijke beperkingen stellen. De beperkingsgronden in de Archiefwet zijn in dit wetsvoorstel meer uitgewerkt en geharmoniseerd met de gronden, zoals opgenomen in de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Wat vindt u van deze uitwerking en de aansluiting met de gronden in de Wob?
2. Inzagemogelijkheid
Wanneer documenten beperkt openbaar zijn, kunnen archiefdiensten op individuele basis inzage geven, afhankelijk van de aard van het verzoek en vaak onder voorwaarden. Als inzage in gehele dossiers en documenten niet mogelijk is, biedt dit wetsvoorstel een basis om informatie te verstrekken in andere vorm (bijvoorbeeld door delen van dossier en documenten af te schermen). Wat vindt u van dit gewijzigde inzageregime voor beperkt openbaar archief?
De aansluiting bij de meer specifieke wetgeving voor openbaarheid kan nog beter door alle wetgeving voor openbaarheid te concentreren in de eveneens in ontwikkeling zijnde nieuwe Wet open overheid. Zie verder het bijgevoegde document.
Vraag4
1. Toezicht op overgebracht archiefDit wetsvoorstel breidt het archiefwettelijk toezicht uit naar de overgebrachte archieven, waar het toezicht onder de Archiefwet 1995 was beperkt tot (het beheer van) de niet-overgebrachte archieven. Wat vindt u van deze uitbreiding van het toezicht en de hiervoor gegeven argumenten (onder meer digitalisering en e-depotontwikkeling)?
2. Archivarissen
De aanwijzing door overheden van een archivaris is volgens dit wetsvoorstel voortaan verplicht. Het wettelijk voorgeschreven diploma daarentegen vervalt . Wat vindt u van beide maatregelen?
Geen commentaar/is niet mijn specialisme.