Beleidsregel netwerkaansluitpunt
Reactie
Naam | ir. H.S. Leisink |
---|---|
Plaats | Delft |
Datum | 14 december 2017 |
Vraag1
Reactie is mogelijk op alle onderdelen van de beleidsregel. Aandacht wordt gevraagd in het bijzonder voor de volgende onderwerpen:- Biedt de beleidsregel voldoende duidelijkheid over de positie van het netwerkaansluitpunt?
- Dekt de beleidsregel alle relevante situaties en is deze voldoende toekomstvast?
- Zijn er specifieke voor- of nadelen voor telecomeindgebruikers (consumenten, bedrijven), fabrikanten of telecomaanbieders, die mogelijk onderbelicht zijn, bijvoorbeeld ten aanzien van bepaalde gebruikersgroepen?
- Zijn er aspecten op het vlak van de thema’s mededinging en veiligheid van openbare netwerken die mogelijk nadere afweging vragen in het kader van deze beleidsregel?
Het toestaan dat klanten hun eigen moden mogen gebruiken, vereist dat een provider alle mogelijke modums ondersteunt die maar te krijgen zijn. Wellicht niet verstandig. Een betere optie is om te eisen dat providers een modem aanbieden dat in bridging mode gezet moet kunnen worden indien de klant daarom vraagt, waarbij het modem dan een UTP poort aanbiedt. Een klant wil namelijk nooit per se een eigen modem, maar een eigen router. Op deze manier kan een klant een eigen apparaat gebruiken om de internetaansluiting te reguleren en controleren en zadel je de provider niet op met onnodige technische problemen.