Beleidsvisie gegevensdeling en privacy in het sociaal domein
Reactie
Naam | H van Kempen |
---|---|
Plaats | Den Haag |
Datum | 27 maart 2014 |
Vraag1
Bent u het eens met de uitgangspunten van de visie?Waar is volgens u nadere visievorming nodig?
Wordt de positie van de burger voldoende versterkt?
Heeft u suggesties voor de verdere uitwerking van de visie?
In de nota wordt niet krachtig duidelijk gemaakt dat respect voor privacy en het beschermen van beroepsgeheim uitgangspunten zijn. Er wordt geprobeerd om kool en geit te sparen, door te gaan reguleren of protocolleren hoe persoonsinformatie gedeeld mag worden in situaties waarin dat nu niet mag of duidelijk is. Terwijl fundamentele rechten zoals privacy nou juist grenzen stellen aan overheidsoptreden, ook of juist in situaties waar de overheid het nodig vindt om fundamentele rechten terzijde te schuiven.
Het verlangen om alle maatschappelijke problemen op te lossen, om 'integraal' te werken en om optimaal diensten te verlenen is prachtig, maar het fundament onder de rechtsstaat is niet dienstverlening maar burgerrechten. M.i. zou de visie veel nadrukkelijker aan moeten geven dat er geen informatie over mensen wordt gedeeld, tenzij (in precies omschreven situaties, op basis van wettelijke taken en bevoegdheden, gemotiveerd aan de hand van precies omschreven doelen met onderbouwde effectinschatting, verantwoord ten overstaan van de betrokkene en de hele samenleving).
Een ander element: de doelbinding impliceert niet alleen dat er precies wordt aangegeven voor welk doel welke informatie nodig is, en wat er dan met die informatie gebeurt, en waarom er geen alternatieve manieren zijn om datzelfde doel te bereiken (ongeacht de vraag of ze betaalbaar zijn want dat is in de privacywetgeving niet relevant); doelbinding en proportionaliteit impliceren ook dat het gebruik van de informatie daadwerkelijk effectief is. Als de gebruikte persoonsinformatie niet leidt tot het doel, was het immers kennelijk niet noodzakelijk om dat doel te bereiken.
Mijn suggestie zou zijn om te beginnen met een hoofdstuk waarin wordt uiteengezet wat privacy is en wat persoonsgegevens zijn, waarom privacy van iedereen gerespecteerd dient te worden (omdat het een mensenrecht is, omdat het voorwaarde is voor veiligheid, gelijkheid, waardigheid en vrijheid) en wat de persoonlijke en maatschappelijke risico's zijn van het (ongeoorloofd) delen van persoonsinformatie (stigmatisering, hulpeloosheid/onmacht, foute beslissingen gebaseerd op foute veronderstellingen of op foute data).
Tenslotte ontbreekt in de visie aandacht voor bewustwording, training en intern en extern toezicht op professionals. De hele visie gaat uit van regulering en protocollering, waarmee of het werk voor hulpverleners aanzienlijk ingewikkelder wordt, of de rechten van burgers worden uitgehold.