Wet vereenvoudiging beroepenstructuur psychologische beroepen

Reactie

Naam MSc S.L. Houweling
Plaats Utrecht
Datum 23 februari 2024

Vraag1

Wat vindt u van dit wetsvoorstel?
Geacht ministerie VWS
Ik zal in een aantal punten uiteenzetten waarom ik tegen het wetsvoorstel ben:
1. De twee beroepsopleidingen Klinisch Psycholoog en Psychotherapeut waren tot op heden totaal verschillend ingericht. Het waren niet voor niks twee aparte BIG beroepen. Beide beroepen hebben verschillende competenties en liggen inhoudelijk ver uiteen. Waar eerst een helder onderscheid was, verdwijnt deze nu. Het betreft hier geen vereenvoudiging, maar enkel een vermindering van de psychologische BIG beroepen. Het beroep psychotherapeut is echt een vak en gaat nu straks vallen onder een andere beroepstitel: de Klinisch Psycholoog-Specialist. Nu de competenties van beide beroepen worden samengevoegd zie ik in het huidige voorstel niet hoe dit eenvoudiger voor professionals word om een professional met de juiste kennis/competentie te vinden of hoe de cliënt hier baat bij heeft.
2. De werkgroep heeft zich enkel gericht op een paar beroepen in het BIG register. Een groot deel van de beroepen werkzaam in het veld is niet vertegenwoordigd in de werkgroep die zich met dit wetsvoorstel bezig heeft gehouden. Beroepsgroepen als systeemtherapeuten, orthopedagogen, basispsychologen en bijvoorbeeld BIG geregistreerde Orthopedegagogen-Generalist worden in de beroepenstructuur niet genoemd. De structuur suggereert dat nu enkel de 2 nieuwe BIG beroepen psychologische zorg kunnen en mogen bieden. Ook dit maakt alles alleen maar onduidelijker, want er is zo’n mooie diversiteit en variëteit aan andere hulpverleners werkzaam in het veld. Ik vraag me af of de werkgroep die zich nu heeft beziggehouden met het vraagstuk voldoende in contact staan met het bredere werkveld?
3. Achterliggend aan deze beroepenstructuur lijkt het NIP de mening te hebben dat er een vanzelfsprekendheid moet komen om allen opgeleid te worden tot GZ psycholoog Generalist. De huidige opleiding bestaat voor een groot deel uit kennisoverdracht. Dit zou betekenen dat een hoog aantal gekwalificeerde hulpverleners met waardevolle ervaringskennis teniet worden gedaan. En tevens de zorg alleen maar duurder wordt, als enkel nog gewerkt gaat worden met postmaster opgeleide hulpverleners. Los van dat die opleidingscapaciteit er helemaal niet is. Het is dus belangrijk dit wetsvoorstel niet op zichzelf staand te zien, maar ook te kijken wat de werkgroep hiermee verder nog beoogt.
Met vriendelijke groet,
S.L. Houweling MSc.
Orthopedagoog-Generalist i.o.