Wet vereenvoudiging beroepenstructuur psychologische beroepen

Reactie

Naam Apanta GGZ (Drs JGM Van Kasteren)
Plaats Veldhoven
Datum 25 februari 2024

Vraag1

Wat vindt u van dit wetsvoorstel?




Ik ben samen met collega Gz-psychologen en psychotherapeuten tegen dit wetsvoorstel.
Wij zien dit voorstel als een verarming van de beroepenstructuur en als een bedreiging van ons ambacht en de kwaliteit van zorg in Nederland.

De nieuwe beroepenstructuur heeft als doel de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Wij missen een grondige onderbouwing. Bovendien is er niet gekeken naar mogelijke negatieve gevolgen voor de kwaliteit en effectiviteit van de Nederlandse geestelijke gezondheidszorg.

Er bestaan op dit moment twee basisberoepen: de psychotherapeut en de GZ-psycholoog. Het is buiten alle proporties dat van psychotherapeuten (na een opleiding van 4 jaar) geëist wordt dat zij zich alsnog omscholen tot het ándere basisberoep (een opleiding van maximaal 2 jaar), voordat zij opgeleid kunnen worden tot het nieuwe specialisme KP-PT.

Het is een verspilling van kostbare tijd en geld om alle psychotherapeuten uitgebreid bij te scholen op het gebied van onder andere management en wetenschappelijk onderzoek, om vervolgens hetzelfde werk te blijven doen. Het heeft geen toegevoegde waarde voor de klinische praktijk, en het is niet wat de GGZ nodig heeft. De huidige wachtlijsten zijn al veel te lang, en deze zullen alleen maar langer worden als psychotherapeuten zich en masse moeten gaan omscholen.


Het was – en is – in strijd met geldende wet- en (EU-)jurisprudentie om van een hoog gekwalificeerd beroepsbeoefenaar te eisen om een aanzienlijke extra opleidingsverplichting aan te gaan, louter en alleen om hetzelfde werk te mogen blijven doen, zonder dat objectief en voldoende is aangetoond dat de kwaliteit van het werk op dit moment onvoldoende of ondermaats is.

Het laten verdwijnen van het beroep psychotherapeut is niet recht- en doelmatig voor het te behalen doel: het vergemakkelijken en verbeteren van het vinden van passende zorg.
Het wetsvoorstel is ongefundeerd (de voorzieningen en overgangsregelingen zijn niet duidelijk). Wetgeving staat niet op zichzelf en zou niet als zodanig ingevoerd moeten worden. Dit zou hand in hand moeten gaan met een visie en zicht op de mogelijke maatschappelijke gevolgen. Daarnaast is het huidige voorstel niet volledig geïnformeerd te beoordelen zonder samenhang met de overgangsregelingen, welke niet zijn meegenomen in deze consultatie.