Besluit breed moratorium

Reactie

Naam nvt (Wim Deen)
Plaats Almere
Datum 1 juli 2016

Vraag1

U kunt op alle onderdelen van dit conceptbesluit reageren.
Het moratorium is inderdaad een must in de schuldhulpverlening, dus dat is met dit voorstel een flinke vooruitgang. Maar dit voorstel slaat volgens mij de plank mis.

Ook worden er weer allerlei belemmeringen opgeworpen zoals die er ook zijn om in aanmerking te komen voor schuldhulpverlening.
Een voorbeeld:
Een voorwaarde om voor een moratorium in aanmerking te komen is dat de gemeente je geld beheert. Als een gemeente dat niet in haar hulpverleningspakket aanbiedt, dan komt de schuldenaar dus niet in aanmerking voor een moratorium.
Ook zijn de procedures in dit voorstel te arbeidsintensief en vragen veel tijd, energie en geld van de betrokken partijen. Mijn verwachting is dat gemeentes die toch al korten op de schuldhulpverlening niet meer geld willen/kunnen uitgeven voor de schuldhulpverlening. Wordt dit moratorium dan wel gebruikt?

Het kan allemaal zoveel eenvoudiger.
Een relatief kleine aanpassing in de faillissementswet kan de surseance van betaling voor natuurlijke personen mogelijk maken. Daarmee is het zo gewenste wettelijk moratorium voor natuurlijke personen ook geregeld. Alle verdere artikelen voldoen ook voor natuurlijk personen.
Artikel 214 sub 4 luidt nu:
Surseance van betaling wordt niet verleend aan een natuurlijk persoon die geen zelfstandig beroep of bedrijf uitoefent, noch aan een bank als bedoeld in artikel 212g, eerste lid onderdeel a, noch aan een verzekeraar als bedoeld in artikel 213.
Nieuw artikel 214 sub 4 zou kunnen luiden:
Surseance van betaling wordt ook verleend aan een natuurlijk persoon die geen zelfstandig beroep of bedrijf uitoefent, maar niet aan een bank als bedoeld in artikel 212g, eerste lid onderdeel a, noch aan een verzekeraar als bedoeld in artikel 213.

De te benoemen bewindvoerder, dat kan de schuldregelaar in de WSG zijn, dient net als bij een surseance van betaling bij een bedrijf zorg te dragen voor herstel van het financiële evenwicht en voortgang van de betaling van de vorderingen van de schuldeisers. Er is echter één verschil, namelijk dat een bedrijf waarbij er geen herstel mogelijk is via een faillissement ophoudt te bestaan en dat is voor een natuurlijk persoon nogal een drastische maatregel.
Een saneringsvoorstel dient in een wettelijke surseance als beëindiging van de surseance afgedwongen te kunnen worden. (dwangakkoord)
Dit is al geregeld in artikel 252 van de faillissementswet.
Bij een afwijzing of beëindiging kan er direct worden doorgeleid naar de WSNP.