Wijziging Besluit Diergezondheid 2026
Reactie
Naam
|
BrinkD (Pluimveehouder D Van den Brink)
|
Plaats
|
Barneveld
|
Datum
|
10 mei 2025
|
Vraag1
Heeft u belangrijke op- of aanmerkingen bij het voorgestelde besluit?
Allereerst wil ik mijn waardering uitspreken voor het feit dat in het besluit is gekozen voor een substantieel lagere heffing voor de pluimveesector ten opzichte van 2025. Deze verlaging is naar mijn oordeel terecht en gerechtvaardigd, gezien de extra financiële lasten die de sector in de afgelopen jaren heeft gedragen als gevolg van de bestrijding van vogelgriep (HPAI), Salmonella en Mycoplasma. De sector heeft, in samenwerking met Stichting AVINED, verantwoordelijkheid genomen om opgebouwde tekorten aan te vullen en de crisisreserve weer op peil te brengen.
Tegen die achtergrond is het positief dat de heffingen voor 2026 nu weer normaliseren. Dit sluit aan bij het principe van een transparante, voorspelbare en evenwichtige financiering van het Diergezondheidsfonds, zoals ook beoogd in het convenant tussen Rijk en sectoren.
Wel wil ik de volgende kanttekening plaatsen: het is van belang dat deze tijdelijke verlaging van de tarieven geen aanleiding vormt voor toekomstige lastenverzwaringen op het moment dat er zich opnieuw een crisis voordoet. Preventie en bestrijding van dierziekten zijn bij uitstek een gedeelde verantwoordelijkheid van overheid én sector, waarbij voorspelbaarheid in kosten een randvoorwaarde is voor duurzaam ondernemerschap.
Tot slot verzoek ik u om bij toekomstige besluiten niet alleen te blijven rekenen met historische dieraantallen en risicoverdeling, maar ook meer ruimte te geven aan bedrijven die aantoonbaar investeren in preventie, bioveiligheid en verduurzaming. Dit past binnen het bredere doel van risicogestuurde bekostiging en stimuleert innovatie binnen de sector.