Wetsvoorstel bevoegdheden schoolonderwijs jonge en oudere kind

Reactie

Naam Hogeschool iPabo (ir. J.W. van Slijpe)
Plaats Amsterdam
Datum 11 januari 2021

Vraag1

Hoe beziet u het voorstel voor nieuwe bevoegdheden, mogelijk ook met het oog op arbeidsmarktperspectief? En moeten bekwaamheidseisen hierop aangepast worden? Zo ja, hoe?
Verschillende bevoegdheden jonge en oude kind vind ik een goed idee. In het kader van het leraren tekort is het belangrijk om te experimenteren met andere pabo varianten. We doen dat al heel succesvol met de zijinstroom. Om de splitsing jonge kind oude kind te koppelen aan man-vrouw vind ik niet van deze tijd. Los van gender is er voorkeur voor het jonge of het oude kind.

Vraag2

Welke leeftijdsgrens (of jaarlaag-grens) zou u hanteren voor het jonge en het oudere kind – en waarom? Of op welke manier zou u dit willen bepalen?
Groep 1-4 jonge kind. Groep 4-8 oude kind. In groep 4 zijn beide benaderingen toepasbaar. Door de overlap voorkom je ook een te sterke scheiding

Vraag3

Vindt u het nodig om de toelatingseisen voor de pabo aan te passen aan de nieuwe bevoegdheden? Zo ja, hoe zou u deze willen vormgeven?
In veel landen is de opleiding tot leerkracht PO een universitaire opleiding. Nog meer verlaging van het niveau van de studenten is niet wenselijk. Misschien is het lesgeven aan het oudere kind juist wel makkelijker. Daar biedt de methode veel houvast. Juist het werken van uit de ontwikkelingskansen bij het jonge kind vraagt veel van de leerkracht en dus ook een hoog denk- en werkniveau. Alle alle extra ontwikkeling bij het jonge kind zorgt voor versterking van de ontwikkeling bij het oudere kind.

Vraag4

Heeft u nog aandachtspunten bij het moment van inwerkingtreding van wetgeving per studiejaar 2022-2023?
De huidige landelijke kennisbasistoets is niet houdbaar voor de jonge kind variant van de pabo. Juist bij hun stage in de bovenbouw is er veel ontwikkeling van het eigenvaardigheidsniveau van de student. Overigens kan de secuur van de landelijke kennisbasistoets omlaag. We zijn doorgeschoten in wat we daar van studenten vragen. Dat is meer dan er voor de uitoefening van het beroep noodzakelijk is.