Wetsvoorstel BIG-II
Reactie
Naam | SJG Weert (Obstetrie verpleegkundige MMME Schaefer) |
---|---|
Plaats | Weert |
Datum | 15 januari 2018 |
Vraag1
Het wetsvoorstel introduceert de titel ‘regieverpleegkundige’ voor hbo-opgeleide-verpleegkundigen.Heeft u suggesties ten aanzien van dit voorstel?
Mijn suggestie voor dit voorstel is dat niet alleen wordt gekeken naar opleiding maar ook naar ervaring die de betreffende verpleegkundige heeft. Op deze manier kan tevens de inservice/mbo verpleegkundige in aanmerking komen voor regieverpleegkundige op basis van competenties en ervaring.
Vraag2
De toelichting beschrijft dat een regieverpleegkundige, om in aanmerking te komen voor herregistratie, zal moeten aantonen dat voldoende werkzaamheden zijn verricht binnen het deskundigheidsgebied van de regieverpleegkundige en op het niveau (NLQF-6) dat wordt verworven met het afronden van een opleiding tot regieverpleegkundige.Werkzaamheden die door een regieverpleegkundige worden verricht op het niveau dat wordt verworven met het afronden van een opleiding tot verpleegkundige (NLQF-4) zijn dus niet relevant voor herregistratie als regieverpleegkundige.
Is de eis voor herregistratie voor de regieverpleegkundige voldoende helder en uitvoerbaar in de praktijk? Heeft u suggesties ten aanzien van dit voorstel?
De eis is voldoende helder echter staat hier niets in vermeld over de verpleegkundige die volgens de opleiding zal vallen onder niveau 4 maar die in de praktijk op niveau 6 functioneert.
Vraag3
Het ministerie van VWS heeft opdracht gegeven voor een verkennend onderzoek naar het overgangsrecht voor de huidige groep verpleegkundigen. In afwachting van het onderzoek is het voorlopige voorstel om de mbo- en inservice- opgeleide verpleegkundigen met aanvullende gecertificeerde scholing, waarvan het niveau en inhoud gelijk staat aan een hbo-opleiding tot verpleegkundige (NLQF-6), de mogelijkheid te bieden om zich te registreren als regieverpleegkundige.Heeft u suggesties ten aanzien van dit voorstel?
Opleidingen zijn niet uitsluitend bepalend voor de functie die een verpleegkundige in de praktijk vervult. Bovendien is nog niet duidelijk welke eisen, anders dan in de beroepsprofielen uiteindelijk worden gesteld aan het uitoefenen van de functie van regieverpleegkundigen. Ook is niet helder hoe het gewijzigde functiegebouw eruit zal gaan zien, ten gevolge van deze nieuwe indeling in verpleegkundigen en regieverpleegkundigen. Het kost nog veel tijd om dit duidelijk te krijgen. Die tijd kan worden verkregen door alle verpleegkundigen met MBO-plus niveau waaronder inservice opgeleiden met aanvullende CZO opleiding, vooralsnog in het regieverpleegkundigen -register onder te brengen. Bij herregistratie zal dan getoetst kunnen worden of dezen op dat moment aan de voorwaarden tot herregistratie als regieverpleegkundige voldoen.
Vraag4
In het algemeen deel van de memorie van toelichting is een paragraaf opgenomen over de administratieve lasten van dit wetsvoorstel.Ziet u mogelijkheden om de doelen van het wetsvoorstel (met name: het op peil houden van de deskundigheid van beroepsbeoefenaren in de gezondheidzorg) te bereiken met minder administratieve lasten?
Door middel van een computerprogramma bouwt iedere verpleegkundige zijn eigen portfolio op. Zodoende is het vrij snel inzichtelijk welke bijscholingen iedereen volgt en of iedereen zijn deskundigheid op peil houdt. Op deze manier is het ook vrij eenvoudig om voor een instelling duidelijk te maken hoeveel verpleegkundigen die werkzaam zijn in de instelling functioneren op niveau 4 of 6.