Wetsvoorstel BIG-II

Reactie

Naam GGZ NHN (H Pietersen)
Plaats Heerhugowaard
Datum 7 februari 2018

Vraag1

Het wetsvoorstel introduceert de titel ‘regieverpleegkundige’ voor hbo-opgeleide-verpleegkundigen.

Heeft u suggesties ten aanzien van dit voorstel?
De benaming regieverpleegkundige is zeer ongelukkig gekozen en dekt niet de lading. Het verwijst naar een functie, niet naar een opleidingsniveau. Binnen de GGZ zal dit tot verwarring leiden met de functie regiebehandelaar.
Wij stellen voor te kiezen voor de benaming MBO verpleegkundige en HBO verpleegkundige of verpleegkundige 4 en verpleegkundige 6, verwijzend naar het NLFQ criterium.

Vraag2

De toelichting beschrijft dat een regieverpleegkundige, om in aanmerking te komen voor herregistratie, zal moeten aantonen dat voldoende werkzaamheden zijn verricht binnen het deskundigheidsgebied van de regieverpleegkundige en op het niveau (NLQF-6) dat wordt verworven met het afronden van een opleiding tot regieverpleegkundige.

Werkzaamheden die door een regieverpleegkundige worden verricht op het niveau dat wordt verworven met het afronden van een opleiding tot verpleegkundige (NLQF-4) zijn dus niet relevant voor herregistratie als regieverpleegkundige.

Is de eis voor herregistratie voor de regieverpleegkundige voldoende helder en uitvoerbaar in de praktijk? Heeft u suggesties ten aanzien van dit voorstel?
Het is goed dat de werkzaamheden meegewogen worden in de herregistratie. Het criterium “voldoende” dient geconcretiseerd te worden evenals de bewijsstukken die hiervoor moet worden aangeleverd.

Vraag3

Het ministerie van VWS heeft opdracht gegeven voor een verkennend onderzoek naar het overgangsrecht voor de huidige groep verpleegkundigen. In afwachting van het onderzoek is het voorlopige voorstel om de mbo- en inservice- opgeleide verpleegkundigen met aanvullende gecertificeerde scholing, waarvan het niveau en inhoud gelijk staat aan een hbo-opleiding tot verpleegkundige (NLQF-6), de mogelijkheid te bieden om zich te registreren als regieverpleegkundige.

Heeft u suggesties ten aanzien van dit voorstel?
De indeling in de twee voorgestelde groepen lijkt vooral tot doel te hebben de positie van de HBO-v opgeleide verpleegkundige de beschermen waarbij voornamelijk naar het AGZ werkveld wordt gekeken. Dat is te smal en doet geen recht aan de (gespecialiseerde) verpleegkundigen die een andere erkende HBO kwalificatie hebben.
MBO en inservice opgeleide verpleegkundigen met een MGZ-AGZ en MGZ GGZ opleiding hebben een HBO kwalificatie en werken veelal in een HBO context. Zo staan Sociaal Psychiatrisch Verpleegkundigen in de crisisdiensten in de frontlinie van onvoorspelbare en complexe zorgsituaties en hebben daarin een coördinerende rol. Zij komen mogelijk niet in aanmerking voor een registratie in het HBO register omdat de NLFQ waardering ontbreekt.
Ook de (erkende) post HBO- SPV opleiding heeft (nog) geen NLFQ waardering en is qua inhoud niet lichter. Het niet toelaten van deze gespecialiseerde verpleegkundigen tot het HBO register zou een miskenning zijn van hun competenties en de rollen die zij binnen de GGZ zorg vervullen. Zowel in de oude als de nieuwe HBO-v opleiding wordt niet opgeleid voor deze specifieke SPV competenties. Zij kunnen deze gespecialiseerde zorg en behandeltaken daarom niet vervullen.
Het huidige voorstel zal leiden tot een lager aantal HBO-registraties dan reëel is gezien de ervaring en opleiding van medewerkers en vraagt een grote investering van werkgevers. Het is nog onvoldoende duidelijk of dit tot een kwalitatief betere zorg en behandeling zal leiden.

Bijlage