Wetsvoorstel bovenbouw havo-vwo

Reactie

Naam E.L. Burgman
Plaats Utrecht
Datum 4 oktober 2012

Vraag1

Welke opmerkingen heeft u over het wetsvoorstel inzake de Tweede Fase havo en vwo?
Docenten ckv,
laten we onze gedachten en krachten bundelen, laten we komen met een ferm en gedegen geluid tegen dit wedsvoorstel!

Aan de overheid:
Het behoud van het vak CKV is belangrijk omdat er geen ander vak is op school dat zich bezighoudt met het beleven van kunst en cultuur.
Als we ckv afschaffen ontnemen we de leerling een stuk inzicht in de verscheidenheid van kunst.
Als je in de eerste les vraagt: wat is kunst? komt er vaak niet veel meer uit dan "een schilderij?".
Inzicht in wat kunst inhoudt, het leren beargumenteren van je mening en het goed leren kijken en luisteren van kunst behoren tot de algemene ontwikkeling van een mens. Als je geraakt wordt voel je je met elkaar verbonden ongeacht cultuur, religie of welke afkomst je ook hebt; iets wat we deze tijd zo nodig hebben.
De Grieken wisten al dat kunst van essentieel belang was om de mens "op te voeden", moreel besef te ontwikkelen.
Ik vind het werkelijk onbegrijpelijk dat wij in deze tijd, zo'n 5000 later, gaan twijfelen aan het nut van dit vak, en daarmee indirect aan de waarde van kunst!
Als we ckv afschaffen heeft dit echt grote gevolgen.
Miljoenen kinderen komen nooit meer in theaters, musea, concerten, dansvoorstellingen etc. omdat zij er via hun ouders
nooit meer mee in aanraking worden gebracht.
Ook voor de toekomst betekend dit armoe in de kunst sector.
Als wij de toekomstige generatie aanleren dat kunst onbelangrijk is, waarom zouden ze er later dan nog waarde aan hechten?
Ook wordt de aansluiting met kunst studies en uiteindelijk banen in deze sector veel lastiger.
Als je zo weinig in aanraking wordt gebracht met kunst, is het zeldzaam dat er interesse groeit.

Als we ons gaan blindstaren op ned, eng en wiskunde en er zo weinig ruimte overblijft dat de kunstvakken, ook het keuze vak eruit gaan ontneem je zoveel creatieve getalenteerde leerlingen een kans te groeien in wat zij het liefste doen.
Het uigangspunt moet toch zijn dat leerlingen divers zijn;
sommigen beta, anderen alfa, sommigen goed in sport, anderen in kunstvakken.
Waar is het pleidooi gebleven voor het je richten op het individu in de educatie; talentontwikkeling op de gebieden waar de leerling goed in is?