Wetsvoorstel bovenbouw havo-vwo

Reactie

Naam S.G. Were Di (ir. A.A. Brink)
Plaats Valkenswaard
Datum 25 oktober 2012

Vraag1

Welke opmerkingen heeft u over het wetsvoorstel inzake de Tweede Fase havo en vwo?
Reactie van ir. Ton Brink
Ik ben docent ANW en Natuurkunde op S.G. Were Di te Valkenswaard.
Mijn reactie heeft daarom vooral betrekking op het vak ANW.
Maar tegelijkertijd is deze volgens mij van toepassing op het vak CKV.

De verplichting wordt afgeschaft en een eventueel aanbod van het vak ANW wordt aan de school overgelaten.
In de praktijk zal dat betekenen dat een school de voorkeur zal geven
aan het niet meer aanbieden:

- andere vaardigheden zoals rekenen, taal enz. worden belangrijker
geacht i.v.m. de centrale examens die er onherroepelijk op volgen
en waar schoolleiders toch altijd weer op proberen te scoren:
'Bij ons was het slagingspercentage dit jaar .....' doet het altijd weer goed
op een diploma-uitreiking.

- toen het vak ANW voor de HAVO werd vrijgemaakt van de verplichting
was onmiddelijk duidelijk: niet meer aanbieden, de werkdruk voor de leerlingen is al zo groot. De mono-vakken kunnen het toch ook aanbieden!?
De mono-vakken hebben echter al een zeer vol programma om aan exameneisen te kunnen voldoen. Zaken als 'sterrenkunde' enz. komt dus gewoon niet meer aan bod.
Ik vrees dat hetzelfde gaat gebeuren indien de verplichting voor Vwo weg gaat vallen. Sterrenkunde zoals we die bij ANW de revue laten passeren, zal nooit gebeuren bij het vak natuurkunde in de bovenbouw.
Daarvoor is zeker geen tijd. En dan te bedenken dat juist onze André Kuipers laat zien hoe actueel en indringend dit voor onze kijk op de wereld is.

- Bij ANW worden - naast inzicht in de rol van natuurwetenschappen - op onze school ook veel andere vaardigheden in een samenhangende context geoefend die bij andere vakken niet aan bod komen. Daarbij spelen zaken als zelfstandig onderzoek doen naar ANW-gerelateerde onderwerpen een belangrijke rol en daarover rapporteren en presenteren volgens duidelijk vastgestelde eisen.
Dit waren toch van die prachtige doelstellingen die in het studiehuis van de 2e fase tot parelvorming moesten leiden. Dáár blijft dus niets van over.

Kortom: ik vrees de teloorgang van een vak waarin contexten aan bod
komen die de complexiteit van het wetenschapsbedrijven duidelijk maakt in een samenhangend geheel van biologische, scheikundige, natuurkundige, aardrijkskundige en technische factoren.
Juist één van die grote doelen van de 2e fase: de samenhang laten ontdekken tussen diverse wetenschapsgebieden.