Wetsvoorstel bovenbouw havo-vwo
Reactie
Naam
|
Mevr. M.H. van Esch - van Amsterdam
|
Plaats
|
Utrecht
|
Datum
|
17 oktober 2012
|
Vraag1
Welke opmerkingen heeft u over het wetsvoorstel inzake de Tweede Fase havo en vwo?
De Nederlandse kunst en cultuur zijn belangrijke elementen van onze geschiedenis en identiteit. Door CkV af te schaffen zullen veel middelbare-school-leerlingen hier veel minder of zelfs niet meer mee in aanraking komen.
In het wetsvoorstel wordt genoemd dat de overheid scholen 'meer ruimte' wil geven bij de invulling van de culturele vorming. Hierdoor wordt de culturele vorming echter ondermijnd. Ten eerste wordt onduidelijk wie op school de verantwoordelijkheid heeft voor de culturele vorming van de leerlingen. Ervaring leert dat op veel scholen niemand die verantwoordelijkheid op zich neemt. Ten tweede valt de stimulans van het examen weg, waardoor de verantwoordelijkheid nog minder gevoeld wordt.
De overheid laat daarmee bijzondere kansen liggen:
- onderwijs over kunst en cultuur en museumbezoek in onderwijsverband dragen bij aan de immigratie van jonge nieuwe Nederlanders.
- onze gezamenlijke geschiedenis en cultuur zijn een krachtig middel in het aanmoedigen tot actief en goed burgerschap.
Kunst en cultuur vallen zo tussen wal en schip. Dit heeft bovendien negatieve gevolgen voor musea, die al in zwaar weer zitten. Wanneer kunst en cultuur minder tot geen onderdeel meer uitmaken van het voortgezet onderwijs, zal het museumbezoek verminderen. Deze groep is één van de belangrijkste doelgroepen van musea.