Wet excessief lenen bij eigen vennootschap

Reactie

Naam dhr M.F. Spee
Plaats Santpoort
Datum 7 maart 2019

Vraag1

Hebt u vragen of opmerkingen? Op alle onderdelen van dit wetsvoorstel en de toelichting kan worden gereageerd.
De nu voorgestelde wettekst lijkt geen onderscheid te maken tussen enerzijds vennootschappen waarbij inderdaad sprake is van opgepotte winst die uitgeleend wordt aan de AB-houder (de doelgroep van de beoogde wet) en anderszijds venootschappen waarbij het aanwezige kapitaal niet zozeer het gevolg is van opgepotte winst, maar van (bv) agio- of informele kapitaalstortingen. M.b.t. tot laatste categorie is geen (of veel minder) sprake van een latente box-2 belastingclaim die wordt ontweken door van de vennootschap te lenen. Er zou dan ook overwogen kunnen worden om het voorgestelde fictieve reguliere voordeel zodanig te maximeren dat de daar over verschuldigde box-2 belasting niet meer kan zijn dan de latente box-2 belasting (= de belasting die verschuldigd zou zijn als alle opgepotte winst in één keer als regulier voordeel zou worden uitgekeerd).