Wetsvoorstel verduidelijking burgerschapsopdracht in het funderend onderwijs

Reactie

Naam Universiteit Utrecht (Dr. O Spijkers)
Plaats Utrecht
Datum 6 juni 2018

Vraag1

Wat vindt u van het voorstel, zowel van de voorgestelde wettekst als de memorie van toelichting?
Het Wetsvoorstel legt te veel de nadruk op Nederlands, nationaal burgerschap. Er staat nauwelijks iets in de wet – of in de toelichting bij de wet - over wereldburgerschap.

Volgens het wetsvoorstel moet ten eerste aan de jeugd het “respect voor en kennis van de basiswaarden van de democratische rechtsstaat” worden bijgebracht. Uit de toelichting wordt duidelijk dat het hier gaat om de basiswaarden van onze manier van samenleven in de Nederlandse democratische rechtsstaat, en dus niet om mondiaal gedeelde waarden.

Toegegeven, er wordt ook verwezen naar internationale mensenrechtenverdragen. En de grote betekenis van de UVRM uit 1948 voor “de worteling van mensenrechten in onze rechtsorde” wordt erkend. Maar hieruit wordt niet geconcludeerd dat we met mondiale basiswaarden van doen hebben.

De opsomming van verdragen wordt direct gevolgd door een oproep aan scholen om “bijzondere momenten en herkenningspunten als Bevrijdingsdag, het Wilhelmus [etc.] aan te grijpen om stil te staan bij de historische ontwikkeling en de betekenis van samenleven in Nederland.” Waarom staat hier niet een internationale dag bij? Een suggestie: op 24 oktober 1945 werd de Verenigde Naties opgericht, en die dag staat sindsdien bekend als “Dag van de Verenigde Naties”.

Tweede doel is “sociale en maatschappelijke competenties die de leerling in staat stellen deel uit te maken van en bij te dragen aan de Nederlandse democratische samenleving” te ontwikkelen. Hier ligt de nadruk nog sterker op Nederland. Personen dienen zich “verbonden te voelen met de Nederlandse samenleving”. Hier zou heel goed een paragraaf over (actief?) wereldburgerschap kunnen worden toegevoegd.

Het is noodzakelijk de jeugd kennis te laten maken met de Verenigde Naties als spiegel van, en spil in, de voortschrijdende globalisering. Daarnaast heeft de VN-familie een gewichtig ethisch appel, wat belangrijk is in de vorming van onze jongeren. Allereerst is de VN tot stand gekomen onder unieke omstandigheden, namelijk als gevolg van de Tweede Wereldoorlog. Visionaire staatslieden als Roosevelt en Churchill waren erop uit om door de oprichting van de VN een herhaling te voorkomen van de onbeschrijfelijke ellende van de oorlog. Kennis van de mondiale waarden die aan de basis liggen van het VN-systeem zou de toekomstige wereldburger beter uitrusten voor participatie aan projecten van mondiaal belang, zoals vluchtelingen, vermindering van verschillen in rijkdom binnen en tussen landen, enz.