Differentiatie vliegbelasting

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Maassluis
Datum 25 januari 2025

Vraag1

Per 2027 wil het kabinet de totale opbrengst van de vliegbelasting met € 248 miljoen verhogen. Het plan is om vluchten over lange afstanden - met een hogere totale uitstoot - meer te belasten. In veel Europese landen die een vliegbelasting hebben, worden vluchten over langere afstanden al hoger belast. Dit wordt ook wel ‘differentiatie van het tarief van de vliegbelasting naar afstand’ genoemd.

1. Vindt u dat lange vluchten (>2.500 km) zwaarder belast moeten worden dan korte vluchten (<2.500 km)?
Het beeld dat bij mij leeft is dat het terugdringen van het vliegbewegingen in Nederland sterker leeft dan in andere landen. Persoonlijk vind ik dat balans belangrijk is en dat de invulling van de 248 miljoen zodanig is dat de directe gevolgen (dus zonder rekening te houden met de mogelijkheid om vanaf een buitenlandse luchthaven te vertrekken) voor de reizigers tot een minimum worden beperkt. Daarom ben ik voorstander om de totale extra kosten voor reizigers gelijkmatig te verdelen. Dat geeft vermoedelijk het minste verstoring van de huidige situatie. Een bijkomend voordeel is dat de benodigde aanpassing van de systemen (waarschijnlijk) beperkt is.

Vraag2

Zeer korte vluchten – zoals een vlucht van Amsterdam naar Brussel - veroorzaken per kilometer relatief veel uitstoot. Ook zijn er vaak andere, duurzamere vervoersopties zoals de trein of de auto beschikbaar. Zeer lange vluchten – zoals een vlucht van Amsterdam naar Bali – hebben juist een hoge totale uitstoot, mede door de duur van de vlucht.

2. Vindt u dat zeer korte vluchten (<500 km) extra belast moeten worden in de vliegbelasting ten opzichte van andere vluchten?
Bedenk dat zeer korte vluchten vaak worden gebruikt als overstap. Een voorbeeld is om eerst van Amsterdam naar Londen te vliegen om vervolgens op een vlucht naar New York over te stappen. Hoewel een hogere vliegbelasting onvermijdelijk is ben ik wel van mening dat er geen differentiatie moet worden toegepast om specifiek zeer korte vluchten sterker te belasten.

Vraag3

3. Vindt u dat zeer lange vluchten (>10.000 km) extra belast moeten worden in de vliegbelasting ten opzichte van andere vluchten?
Als de extra opbrengsten van 248 miljoen vooral moet worden opgebracht door zeer lange vluchten (fors) extra te belasten, schat ik in dat mensen wel via Parijs of Frankfurt naar een ‘hele verre bestemming’ (bijvoorbeeld Sydney) reizen. Het is daardoor misschien wel de maatregel die de reiziger, rekening houdend met gedragsreacties, het minst raakt. Tegelijkertijd is het vanwege deze gedragseffecten de vraag of de gewenste extra belastingopbrengsten worden gehaald.

Vraag4

Als over lange afstanden meer vliegbelasting wordt betaald, moet worden bepaald vanaf welke afstanden de hogere tarieven gelden. De gekozen afstandsgrenzen kunnen er toe leiden dat landen of gebieden deels in het ene tarief vallen en deels in een ander tarief. Dit kan ongewenst zijn. Een mogelijke oplossing is om voor bepaalde landen of gebieden een aangepast tarief te rekenen. Dit kan op basis van verschillende criteria zoals bijvoorbeeld het hebben van een EU-lidmaatschap of het zijn van een overzees gebied. Het rekenen van een lager tarief voor bepaalde landen of gebieden kan invloed hebben op de hoogte van de tarieven.

4. Vindt u dat voor specifieke landen of gebieden andere tarieven moeten worden gerekend dan het tarief waar zij op basis van hun afstand tot Nederland toe behoren? Zo ja, welke landen of gebieden moeten er volgens u verschillend belast worden in de vliegbelasting?
Het is naar mijn beeld op het eerste gezicht begrijpelijk om uitzonderingen toe te passen om ongewenste, marktverstorende neveneffecten van de maatregel te voorkomen. Een risico is dat het nieuwe stelsel van de vliegbelasting onvoldoende inzichtelijk is. Daarom ben ik niet direct voorstander van allerlei uitzonderingsmaatregelen.

Vraag5

De huidige vliegbelasting kent verschillende uitzonderingen. Voor bijvoorbeeld transferpassagiers en voor vluchten met vliegtuigen met een gewicht van minder dan 4.000 kg. Uitzonderingen of verschillende tarieven kunnen gebruikt worden om bepaald gedrag aan te moedigen of juist te ontmoedigen. Wel maken ze de uitvoering van een belasting vaak complexer. Daarnaast kunnen uitzonderingen leiden tot hogere tarieven.

5. Vindt u dat alle soorten vluchten en passagiers gelijk moeten worden belast? Zo nee, welke passagiers en/of vluchten vindt u dat er verschillend belast of zelfs uitgezonderd moeten worden van de vliegbelasting?
In het antwoord op vraag 1 heb ik het al een beetje laten doorschemeren dat ik vind dat alle soorten vluchten (in ieder geval qua afstand) op een gelijke manier zouden moeten worden belast. Over hoe transferpassagiers al dan niet (extra) moeten worden belast zou mijn intuïtie zijn om daar geen verandering in aan te brengen. De transferpassagier betaalt al vliegbelasting vanaf de luchthaven van vertrek.