Wijziging Omgevingsregeling eDNA als erkende maatregel

Reactie

Naam Blom Ecologie (ir. T. Schrader)
Plaats Waardenburg
Datum 16 januari 2025

Vraag1

Wilt u reageren op dit voorstel?
Vanuit adviesbureau Blom Ecologie zijn wij overwegend positief over de e-DNA methodiek om de aanwezigheid van vleermuizen vast te stellen. Het is een veelbelovend instrument in de gereedschapskoffer van een deskundig ecoloog. Wij onderschrijven verder de reacties van de Zoogdiervereniging en het VZ Vleermuisvakberaad NGB.

Er is meer onderzoek nodig naar het functioneren van de methodiek onder verschillende omstandigheden. Dat moet op een wetenschappelijke correcte en peer-reviewed manier gebeuren. Wij adviseren om dat met een goed opgezette wetenschappelijke veldproef uit te voeren, en pleiten voor een academische aanpak. De tot nu toe uitgevoerde onderzoeken uit de markt maken namelijk vooral gebruik van wat er makkelijk en snel verkrijgbaar voorhanden is, waardoor de resultaten niet op een juiste manier te interpreteren zijn.

Een belangrijke onzekerheid is de vervaltijd van eDNA, dus hoe lang kan een swab terug de tijd in kijken? In dat licht is het ook noodzakelijk om het volgende te overwegen. Het Hof van Justitie beoordeelt dat de Habitatrichtlijn zo uitgelegd moet worden dat het begrip ‘rustplaatsen’ ook ziet op rustplaatsen die niet meer bewoond worden, maar waarvan de kans voldoende groot is dat de soort zal terugkeren naar die plaatsen (HvJ EU 2 juli 2020 ECLI:EU:C:2020:517). Voortplantingsplaatsen moeten worden beschermd zolang dit noodzakelijk is om de diersoort in staat te stellen zich met succes voort te planten (HvJ EU 28 oktober 2021 ECLI:EU:C:2020:881, C-357/20). Vleermuizen hebben een complexe dynamiek met veel verhuisgedrag binnen en tussen de seizoenen. Tijdelijk ongebruikte woningen kunnen daarmee wel degelijk essentieel zijn in het functioneren van het leefgebied van vleermuizen, of essentieel zijn als het aantal geschikte verblijfplaatsen in de omgeving opraakt.