Centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs.
Reactie
Naam | VBS (drs W.P. Warnders) |
---|---|
Plaats | Den Haag |
Datum | 6 april 2011 |
Vraag1
Wilt u aangeven in welke hoedanigheid u onderstaande vragen beantwoordt (leerkracht po, bestuurder po, schoolleider po, leerkracht vo, bestuurder vo, ouder, of anders?Profielorganisatie voor Verenigde Bijzondere Scholen (VBS)
Vraag2
Vindt u het een goede keuze dat de centrale eindtoets alleen Nederlandse taal en rekenen-wiskunde toetst, of bent u van mening dat ook wereldoriëntatie (geschiedenis, aardrijkskunde en natuur, waaronder biologie) deel moet uitmaken van de eindtoets?Een eindtoets moet niet verplicht worden gesteld. In een door de school zelf te kiezen toets moet alles aan bod kunnen komen dat de school gelet op wet- en regelgeving en op de eigen invulling van het pedagogisch ondernemerschap van belang vindt.
Vraag3
Op de meeste basisscholen (85%) leggen leerlingen in groep 8 nu in de eerste week van februari de Cito-eindtoets af. Wat vindt u van het voorstel en de argumenten om de eindtoets niet meer in februari af te nemen, maar in de periode tussen half april - half mei?Een toets later in het schooljaar kan de effectieve onderwijstijd ten goede komen. Uit het bij het wetsontwerp gevoegde onderzoeksrapport blijkt echter dat er in de praktijk geen enkele leerwinst is gevonden bij een verschuiving van het toetsmoment van februari naar mei. Dit plan beantwoordt dan ook niet aan de eis van evidence based overheidsbeleid op onderwijsgebied, dat Kamerbreed als norm is onderschreven na de uitkomst van het rapport van de Cie Dijsselbloem. Het moet voor ouders en basisschool wel volstrekt duidelijk zijn of de school voor VO zich bij de beoordeling van de aanmelding alleen mag baseren op het schooladvies of dat de school voor VO nog voor 1 augustus met een beroep op de later beschikbaar gekomen toetsuitslag terug kan komen op een eerder genomen aanmeldingsbesluit. Anderzijds is een voorwaarde voor een verschuiving ook dat het VO in staat wordt gesteld op een verantwoorde wijze met de aanmeldingen voor het volgende schooljaar om te gaan. Het wetsontwerp maakt niet duidelijk welke informatie op welk moment voor de VO school de doorslag mag geven bij haar besluit over de aanmelding.
Vraag4
Wat vindt u van het voornemen om voor alle scholen het systematisch werken met en het toepassen van een leerling- en onderwijsvolgsysteem (lovs) verplicht te stellen?Deelt u de mening dat goed gebruik van een lovs één van de instrumenten is om te werken aan betere onderwijskwaliteit en hogere leeropbrengsten?
Het verplicht stellen van het werken met een lovs is prima, zolang scholen de vrijheid houden zelf een lovs te kiezen dat past bij hun onderwijssysteem en hun visie op onderwijzen en leren. De overheid kan dus slechts kwalitatieve kaders formuleren waaraan een lovs moet voldoen. Overigens maakt het verplicht werken met een lovs een verplichte eindtoets overbodig, omdat een lovs alles aspecten van het onderwijs bestrijkt en dus een veel completer beeld van een leerling biedt.
Vraag5
De memorie van toelichting bij het wetsvoorstel beschrijft plannen voor het meten van de toegevoegde waarde/leerwinst van scholen. Daarbij wordt ook gekeken naar de functie van een begintoets (§4.3). Op den duur dienen deze elementen een grotere rol te spelen bij de beoordeling van scholen. Heeft u opvattingen over het ontwikkelen van een maat voor de toegevoegde waarde/leerwinst van het onderwijs, over de functie en inhoud van een begintoets en/of over de inrichting van pilots op dit gebied?Een begintoets in bijvoorbeeld groep 3 biedt slechts een momentopname en kan derhalve nooit dienen als basis voor het bepalen van toegevoegde waarde/leerwinst van scholen. Binnen een school is (de kwaliteit van) het onderwijs van vele zaken afhankelijk w.o. de professionaliteit van de leerkracht. Afgezien van de ondermijning van de op wederzijds vertrouwen gebaseerde pedagogische relatie tussen de ouders en de school, die van een door de overheid aan de school opgelegde toets uitgaat, kleven aan een begintoets bij zulke jonge kinderen ook fundamentele testtheoretische en psychologische bezwaren.