Centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs.

Reactie

Naam pcbs De Librije (dhr T.M. Kuperus)
Plaats Gorredijk
Datum 13 maart 2011

Vraag1

Wilt u aangeven in welke hoedanigheid u onderstaande vragen beantwoordt (leerkracht po, bestuurder po, schoolleider po, leerkracht vo, bestuurder vo, ouder, of anders?
directeur basisschool
pcbs De Librije - Gorredijk

Vraag2

Vindt u het een goede keuze dat de centrale eindtoets alleen Nederlandse taal en rekenen-wiskunde toetst, of bent u van mening dat ook wereldoriëntatie (geschiedenis, aardrijkskunde en natuur, waaronder biologie) deel moet uitmaken van de eindtoets?
Met het beantwoorden van deze vraag impliceer je als beantwoorder in te stemmen met de keuze voor een centrale toets.
Dat is de eerste vraag die gesteld had moeten worden!
Een centrale eindtoets is niet wenselijk, daarmee nivelleer je het Nederlandse onderwijs tot een grijze massa en op termijn verschraalt het onderwijs aanbod .

Vraag3

Op de meeste basisscholen (85%) leggen leerlingen in groep 8 nu in de eerste week van februari de Cito-eindtoets af. Wat vindt u van het voorstel en de argumenten om de eindtoets niet meer in februari af te nemen, maar in de periode tussen half april - half mei?
Waartoe dient die cito toets dan feitelijk?
Het enige wat ik kan bedenken is dat het slechts een instrument is om de opbrengsten/kwaliteit van een school te beoordelen. Voor de advisering richting het VO zal het geen nut meer hebben.

Vraag4

Wat vindt u van het voornemen om voor alle scholen het systematisch werken met en het toepassen van een leerling- en onderwijsvolgsysteem (lovs) verplicht te stellen?
Deelt u de mening dat goed gebruik van een lovs één van de instrumenten is om te werken aan betere onderwijskwaliteit en hogere leeropbrengsten?
Dat is feitelijk al min of meer verplicht. Op zichzelf is dat een goede zaak mits er maar niet ook hier één specifiek instrument zoals de cito verplicht wordt gesteld. Daar heb ik grote bezwaren tegen.

Vraag5

De memorie van toelichting bij het wetsvoorstel beschrijft plannen voor het meten van de toegevoegde waarde/leerwinst van scholen. Daarbij wordt ook gekeken naar de functie van een begintoets (§4.3). Op den duur dienen deze elementen een grotere rol te spelen bij de beoordeling van scholen. Heeft u opvattingen over het ontwikkelen van een maat voor de toegevoegde waarde/leerwinst van het onderwijs, over de functie en inhoud van een begintoets en/of over de inrichting van pilots op dit gebied?
Uit diverse onderzoeken blijkt dat een eenduidige meting van de leerwinst altijd lastig blijft. Het is niet eenvoudig om hiervoor een eensluidend instrument aan te wijzen. Zeker met de grote verschillen tussen de instroom van de verschillende basisscholen is het gevaar van onjuiste beoordelingen bijzonder groot.
Als er een uniform systeem gekozen gaat worden zullen scholen strategisch gaan handelen ten nadele van met name de zorgleerlingen, een onwenselijke gang van zaken.