actualisatie van bijlage D - excretieforfaits

Reactie

Naam Kaasboerderij Schellach (ir M.J. Kwekkeboom)
Plaats Middelburg
Datum 13 augustus 2019

Vraag1

Op alle onderdelen van de wijzigingsregeling kan een reactie worden gegeven.
Doel actualisatie:
Als doel wordt genoemd dat voeding en houderijsystemen in de loop van de tijd veranderen. Verder is er meer kennis over vervluchtigen van stikstof.
Het is dus GEEN DOEL om de productieruimte van veehouders aan te passen. Maar dat gebeurt met deze voorstellen wel.
Het betekent dat alle veehouders opnieuw alle berekeningen moeten maken. Vervolgens zal blijken dat in veel gevallen de toegekende rechten van 2015 ontoereikend zijn voor de huidige situatie, ook als er niets is gewijzigd aan aantal koeien, productie en hoeveelheid grond. Dit is een onacceptabel neveneffect, die administratieve en financiële lasten met zich meebrengt vanwege minder productie en/of het aankopen van extra productieruimte en/of aan- of afvoer van mest.
Er kan alleen sprake zijn van aanpassingen als de productieruimte ook met terugwerkende kracht wordt aangepast met deze forfaitaire normen.

Opmerkingen bij de actualisatie van de diergroepen:
– het is positief dat de diergroep jongvee nu eindelijk duidelijk omschreven wordt.
– waarom is er een diergroep jongvee ouder dan 2 jaar ingevoerd ?
– het is erg ingewikkeld dat alle categorieën vleesvee veranderd zijn.

Opmerkingen bij actualisatie van excretienormen voor melkvee:
– er komen categorieën bij voor lagere en hogere producties. Dat is alleen te rechtvaardigen als de toekenning van de productieruimte ook gebeurd volgens deze uitgebreidere tabel. Als dat niet het geval is, is het een achterdeur om op productieruimte te korten.
– de actualisatie geldt ook voor zelfzuivelende bedrijven. Voor hen is een algemene forfaitaire norm ingesteld, omdat het volgens het ministerie lastig is om de juiste gegevens te verkrijgen en te controleren. Dat is volgens mij niet waar.
Ook hier geldt dat het niet zo kan zijn dat je in 2015 rechten krijgt op basis van een arbitrair forfait, maar in 2020 volgens een ander arbitrair forfait wordt afgerekend. Ook dit voorstel geeft blijk van de onbetrouwbaarheid van de overheid.

De veehouderij blijft binnen de fosfaat- en stikstofplafonds. Er is geen noodzaak om te korten op de fosfaat- en stikstofruimte van iedere veehouder.
Juist nu het ministerie zegt te werken aan een overzichtelijk en eenvoudiger mestbeleid is het ongelooflijk dat deze aanpassingen worden voorgesteld. Het is geen beperkte technische actualisatie, maar een ingrijpend voorstel met grote gevolgen (administratief én financieel).