actualisatie van bijlage D - excretieforfaits
Reactie
Naam
|
P de Jong
|
Plaats
|
Streefkerk
|
Datum
|
29 juli 2019
|
Vraag1
Op alle onderdelen van de wijzigingsregeling kan een reactie worden gegeven.
Wijziging van het gemiddelde excretieforfaits voor melkkoeien.
Graag reageer ik op de regeling tot wijzing van de meststoffenwet.
Samen met mijn zoons heb ik een extensief melkveebedrijf en verwerken bijna al onze melk tot kaas op de boerderij. Ons bedrijf wordt door de voorgestelde aanpassing getroffen, omdat nu de “nieuwe” landelijk gemiddelde melkproductie aan het bedrijf wordt gekoppeld. Voor ons is het belang van een zo goed mogelijk eindproduct, namelijk kaas. Hierop worden wij afgerekend. Niet op de hoeveelheid melk die een individuele koe produceert. Bij ons draait het om veel weidegang en met zoveel mogelijk ruwvoer een kaas van goede kwaliteit produceren. Doordat 2015 is vastgesteld als referentiejaar voor onze fosfaatrechten van onze koeien, worden wij nu ineens met 2,6 kg per koe benadeeld. De melkproductie van 7.500 kg melk werd ons forfait in onze beschikking na bezwaar in 2018, anno 2020 wordt dit in eens 8.447.
Dit betekend voor ons bedrijf bij eenzelfde aantal melkkoeien 300 kg fosfaatrechten, welke wij per 1 januari 2020 extra nodig hebben. Dit kost ons op dit moment meer dan €40.000. Mede omdat in de toelichting zeer summier deze extra kosten worden beschreven zijn wij het niet eens met de wijziging van artikel 74 lid 4 naar 8.447 kilogram melk bij meer dan 50% zelf verwerking.
Graag zien wij dit verschil gecompenseerd, of een hernieuwde beschikking van onze fosfaatrechten, of een andere manier om onze daadwerkelijke melkproductie in de toekomst aan te kunnen tonen.
Met vriendelijk groeten,
Piet de Jong