Besluit experiment onderwijszorgarrangementen

Reactie

Vraag1

Het experimenteerbesluit geeft mogelijkheden om een OZA in te richten. In het voorlopig besluit lees ik dat de leerling dient te worden ingeschreven bij de school. (hierin schuilt het gevaar dat de leerling geen "zorg" meer is van de gemeente). Dat zal in de meeste gevallen een SO school betreffen. Er zal voor deze leerlingen een TLV moeten worden aangevraagd. In de meeste gevallen zullen het leerlingen zijn die in aanmerking komen voor een hogere categorie bekostiging. Ik zie een financiële barrière bij het opzetten van een OZA. Deze leerlingen hebben vaak een stevige ondersteuningsvraag. De budgetten voor SWV worden niet verhoogd terwijl de ondersteuningsvragen steeds zwaarder worden. De stijging van leerlingen naar SBO en SO zet zich buiten deze doelgroep leerlingen al door. Budgetten voor BO worden uitgeput. Ik maak mij zorgen over de financiering van OZA. Er zou m.i. ook meer ruimte mogelijk moeten zijn om onderwijs en zorgbudgetten te bundelen en daarmee het juiste te kunnen doen voor het kind. Het zijn nog steeds gescheiden werelden waardoor veel tijd verloren gaat over discussies wie de rekening moet betalen.

De 2,5% mogelijkheid om in te zetten voor OZA vind ik een sigaar uit eigen doos. Er zou 2,5% toegevoegd moeten worden aan de baten om deze OZA mogelijk te maken. Niet vanuit de bestaande budgetten die nu al te beperkt zijn om goed passend onderwijs te kunnen realiseren op de basisscholen.

Vraag2

Inhoudelijk geeft het experimenteerbesluit meer ruimte. Zoals bij vraag 1 is aangegeven zit er financiële zorg.

Vraag3

ja, mits er een goede samenwerking plaatsvindt met alle partners en er duidelijkheid is omtrent de financiering hiervan.

Vraag4

Het vraagt om de nodige administratieve registratie. De administratieve lastendruk zal stijgen. Het experiment is zeker uitvoerbaar mits er commitment is tussen alle partners.