Besluit gezelschapsdieren
Reactie
| Naam | nvt (BEc., MSc. D.G.A.B. Oonincx) |
|---|---|
| Plaats | Wageningen |
| Datum | 11 april 2011 |
Vraag1
U kunt reageren op het conceptbesluit. Als u reageert, doet u dat dan zo concreet mogelijk, bij voorkeur voorzien van tekstvoorstellen.De ingekomen reacties zullen na afloop van de consultatie worden beantwoord.
L.S.,
De voorgestelde AMVB heeft duidelijke voordelen tov de huidige situatie. Echter betwijfel ik de uitvoerbaarheid en controleerbaarheid van deze maatregel. Voor dat deze maatregel ingevoerd wordt is het mijns inziens noodzakelijk dat dit wordt opgehelderd. Het belangrijkste pijnpunt ligt naar mijn idee, als hobbymatig terrariumhouder, bij de definitie van artikel 3 lid 2 b: "Onder bedrijfsmatige activiteiten wordt verstaan het verrichten van activiteiten in zekere omvang en met zekere regelmaat". Het is onduidelijk waar deze grens gelegd wordt. Er wordt aangegeven dat dit afhankelijk is van de diersoort.
Binnen de terrariumhobby is het niet ongebruikelijk dat er met verschillende soorten wordt gekweekt en dat deze dieren buiten de huiselijke kring worden verkocht dan wel geruild. Zo kan een hobbyist die een enkel paar baardagamen heeft en daarmee kweekt zonder problemen jaarlijks een 100 nakweekdieren verkopen. Dit zou kunnen leiden tot een winst waarmee mogelijk voldaan zou worden aan de omschreven criteria. Bij hobbyisten die verschillende soorten houden wordt de zaak nog onduidelijker. Zo zou er bijvoorbeeld in een "goed kweek seizoen" wel voldaan worden aan de criteria en in een slecht seizoen niet.
Voorgesteld wordt de toetsing per geval te laten zijn, praktisch gezien houdt dat voor de terrariumhobby dan in dat deze toetsing voor een groot deel van de duizenden terrarianen (81.000 huishoudens volgens de RDA (2006)) plaats zou moeten vinden. De handhaving zou ernstig vergemakkelijkt worden wanneer een KvK inschrijving als binair criterium wordt gehanteerd. Het is mijn hoop dat dit criterium wordt ingevoerd om op die manier de maatregel uitvoerbaar te maken alsmede helderheid te verschaffen aan de houders van gezelschapsdieren.
Een ander punt voor wat betreft de reikwijdte van dit besluit is de keuze om spinnen wel en insecten niet te laten vallen onder deze maatregel. Een verantwoording voor deze keuze wordt niet geboden. Mijns inziens zou een scheiding tussen gewervelden en ongewervelden, zoals ook binnen de WOD het geval is logisch zijn.
Met vriendelijke groet,
Dennis Oonincx BEc., MSc.