Herziening Warmtewet
Reactie
Naam
|
Saxion University of Applied Sciences (Ir. R.P. van Leeuwen)
|
Plaats
|
Enschede
|
Datum
|
8 augustus 2016
|
Vraag1
Wilt u reageren op dit wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een tekst te typen of door een document te downloaden.
In het voorgestelde wetsvoorstel staat in artikel 5 lid 2a het volgende:
"2. De maximumprijs kan per aflevertemperatuur verschillen en:
a. is gebaseerd op de integrale kosten die een verbruiker zou moeten maken voor het verkrijgen van dezelfde hoeveelheid warmte bij het gebruik van gas als energiebron. Deze kosten worden bepaald met de rendementsmethode;"
Het hanteren van de "integrale kosten" in relatie tot "de hoeveelheid warmte" is verwarrend, aangezien warmte van een lagere temperatuur minder zou moeten kosten voor de gebruiker, aangezien hij meer kosten moet maken om de warmte tot een bruikbare temperatuur op te waarderen, b.v. via een warmtepomp. Beter zou zijn om te spreken van "integrale kosten" in relatie tot "de hoeveelheid te leveren exergie-waarde".
Voor de warmtewet zou als beginsel minder voorzichtig geformuleerd moeten worden dat de temperatuurwaarde van de warmte leidend is voor de bepaling van het maximum levertarief van de warmte. Aan de autoriteit warmte moet worden opgelegd dat zij maximum tarieven vaststelt voor verschillende temperatuurniveau's. Dit kan b.v. via een categorisering van temperaturen of vian een wiskundige vergelijking waarin de levertemperatuur als variabele is mee genomen.
De warmtewet lijkt alleen te gaan over de levering van warmte. Waarom is er niet ook een soortgelijke wet die voorziet in bepalingen voor de levering van koude?