wetsvoorstel Huur en inkomensgrenzen
Reactie
Naam
|
Mw. J.E. Rentjes
|
Plaats
|
Amsterdam
|
Datum
|
10 juli 2019
|
Vraag1
Er kan gereageerd worden op alle aspecten van dit conceptwetsvoorstel
het afschaffen van de uitzondering voor AOW-gerechtigden heeft onwenselijke gevolgen: Nu zijn huishoudens met1 AOW-gerechtigde uitgezonderd van de inkomensafhankelijke extra huurverhoging. Afschaffing daarvan betekent dat de huur van huishoudens van AOW-gerechtigde ouders met werkende kinderen die nog bij hen wonen, omdat de wachttijd voor sociale huurwoningen elk jaar met een jaar verlengd wordt, tot boven de sociale huurgrens van € 720 getrokken kan worden en bij vertrek van het kind de huur slechts tijdelijk verlaagd kan worden. Vergeet niet dat het inkomen van veel AOW-gerechtigden de inflatie niet bijhoudt, dus zij worden steeds armer.
Door de verlaging van de inkomensgrens voor alleenstaanden wordt de druk op middenhuurwoningen nog groter en de situatie van alleenstaanden die werk hebben in de grote steden en geen (semi-)ambtenaar zijn nog schrijnender.
Een huur onder de € 300 betekent niet dat de prijs-kwaliteit verhouding huurverhoging gewenst maakt. Alleen woningen met een slechte onderhoudstoestand en/of een slechte isolatie hebben een dergelijke huurprijs.
Door klimaatmaatregelen als de verhoging van de gasprijs zullen de huurders van die woningen veel meer kwijt zijn aan woonlasten zonder dat de huur extra verhoogd wordt.