Implementatiewet vierde anti-witwasrichtlijn

Concept wetsvoorstel ter implementatie van richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering (PbEU 2015, L 141), alsmede in verband met de uitvoering van Verordening (EU) 2015/847 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie (PbEU 2015, L 141).

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 05-07-2016
Einddatum consultatie 16-08-2016
Status Resultaat gepubliceerd
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Financiën, Ministerie van Justitie en Veiligheid
Onderwerpen Financieel toezicht

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

Het concept wetsvoorstel strekt tot implementatie van de vierde anti-witwasrichtlijn en tot het geven van uitvoering aan de verordening informatie bij geldovermakingen.

De richtlijn is de vierde richtlijn waarmee op Europees niveau wordt beoogd het gebruik van het financiële stelsel voor witwassen en financieren van terrorisme aan te pakken. De richtlijn vervangt de derde anti-witwasrichtlijn en vult het bestaande instrumentarium op dit terrein verder aan. In Nederland zijn deze regels opgenomen in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).

De richtlijn bestendigt de twee kernverplichtingen van de Wwft, te weten de verplichting om cliëntenonderzoek te verrichten en de verplichting om ongebruikelijke transacties te melden bij de Financiële inlichtingen eenheid. Daarbij wordt meer dan voorheen uitgegaan van een risico gebaseerde benadering. Het toepassingsbereik van de richtlijn is voorts uitgebreid naar nieuwe categorieën instellingen, te weten de aanbieders van kansspeldiensten en personen die beroeps- of bedrijfsmatig in goederen handelen in het geval daarbij contante betalingen worden gedaan of ontvangen van €10.000,- of meer.

Daarnaast introduceren zowel de richtlijn, als de verordening een kader voor het bestuursrechtelijk sanctioneren van overtredingen van bepalingen ter implementatie van de richtlijn en bepalingen uit de verordening.

De richtlijn verplicht lidstaten ook om een centraal register voor uiteindelijk belanghebbenden (UBO-register) in te richten. Dit zal middels een afzonderlijk wetsvoorstel gebeuren, dat op een later moment zal worden geconsulteerd.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Banken, betaalinstellingen, beleggingsondernemingen, beleggingsinstellingen, elektronischgeldinstellingen, wisselinstellingen, verzekeraars, belastingadviseurs, accountants, advocaten, notarissen, trustkantoren, handelaren in grootwaarde, makelaars, kansspelaanbieders, taxateurs en pandhuizen.

Verwachte effecten van de regeling

Voor de verwachte effecten van de regeling wordt verwezen naar §5 van het algemeen deel van de memorie van toelichting. In deze paragraaf wordt ingegaan op de gevolgen en effecten voor het bedrijfsleven die het wetsvoorstel met zich mee zou kunnen brengen.

Doel van de consultatie

Met deze consultatie worden belanghebbenden geïnformeerd over de voorgenomen nieuwe regelgeving en wordt iedereen de mogelijkheid geboden om hierop te reageren.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

De reacties mogen betrekking hebben op alle onderdelen van het wetsvoorstel en de memorie van toelichting.

Meer informatie