Wet toezicht informeel onderwijs

Reactie

Vraag1

Hoewel het wetvoorstel suggereert dat toezicht voor al het informeel onderwijs zou gelden, heeft het kamerdebat heel duidelijk laten zien over wie het echt gaat: de islamitische gemeenschap.
Een citaat van minister Wiersma op rijksoverheid.nl over toezicht op informeel onderwijs.

“Geen enkel kind mag leren dat de Nederlandse samenleving giftig is, dat je anderen mag discrimineren of dat de wetenschap ‘ook maar een mening is’."

Hoe schrijnend dat dit kabinet met dit wetsvoorstel, vooral dus gericht op islamitische weekendscholen, moslimkinderen zal laten zien dat zij niet volwaardig mee tellen in onze samenleving en dat artikel 1 van de grondwet voor hun niet geldt. De boodschap van dit kabinet is dan ook, discrimineren tegen groepen of individuen mag niet, tenzij het moslims betreft.
Op basis van onderbuikgevoelens, sentiment en een collectieve erfschuld die is overgehouden aan de tweede wereldoorlog is er in de maatschappij een zondebok, de moslimgemeenschap, aangewezen.
U weet dat dondersgoed dat in een vrije samenleving geloofsonderwijs niet aan de overheid is, maar aan de burgers. En weet dat vrije Nederlanders aanspraak zullen blijven maken op hun grondrechten, ook als het kabinet deze met voeten probeert te betreden. Ik eindig dit betoog met een vrij vertaald citaat van Nietzsche: "In het bestrijden van een monster, moet je oppassen dat je zelf geen monster wordt."