Wet toezicht informeel onderwijs

Reactie

Vraag1

De Christelijk Gereformeerde Kerk in Rotterdam-Kralingen maakt haar ernstige bezwaren kenbaar tegen deze Wet. In onze kerkelijke gemeente hebben wij veel activiteiten die onder het voorgestelde toezicht kunnen vallen, namelijk de zondagsschool, de catechisaties, en de jeugdverenigingen.

Al deze activiteiten hebben als doel om kinderen en jongeren op te voeden in het kennen van de Bijbel, het Woord van de levende God. De Bijbelse, Christelijke opvoeding is een opdracht van God, en is gericht op de hele persoon, op het verstand en op het hart.

In de Bijbel heeft God Zijn wet gegeven, als norm voor het hele leven, in gezin, kerk en maatschappij. Deze norm kan heel kort worden samengevat: het gaat om het liefhebben van de levende God, en om het liefhebben van de medemens. De Bijbel keurt alle vormen van haat en discriminatie af, ze leert om het gezag te eerbiedigen, ook dat van de overheid. Er is echter veel in deze wereld en in ieders leven wat haaks staat op de goede wet van God. Dat komt door de zonde. En daar heeft God nu ook een oplossing voor. Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft. Opdat ieder die in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar het eeuwige leven zal hebben! (Johannes 3 vers 16).

Wij tekenen bezwaar aan tegen het wetsvoorstel “Toezicht Informeel Onderwijs”. Wij hebben als kerk niets te verbergen. De kerkdiensten zijn openbaar, en de deuren staan open voor iedereen. Wie geen Bijbel heeft en erom verlegen is, willen we deze met alle liefde geven. Maar de overheid passeert met deze wet opnieuw de grens tussen kerk en staat, stelt ook de vrijheid van godsdienst en geweten hiermee onder druk. Een gerichte maatregel tegen mogelijke excessen zou passend zijn, niet deze wet met zo’n algemene werking.

Deze reactie op de consultatie is van principiële aard. We bereiden ook nog een inhoudelijke reactie voor op (onderdelen) van het wetsvoorstel.

Bijlage