Wet toezicht informeel onderwijs

Reactie

Vraag1

16. Hoe verhoudt de Kamermotie ingediend door VVD kamerlid Bente Becker over onderzoek naar Nederlanders met migratieachtergrond met dit wetsvoorstel van VVD minister Mariëlle Paul staatssecretaris Funderend Onderwijs en Emancipatie in? Het lijkt er sterk op dat één groep op dit moment wordt benadeeld? En dat sprake is van discriminatie van ene groep namelijk moslims. Heeft dit te maken met de politieke agenda van de VVD?
17. Artikel 6 GW: Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging. Dit wetsvoorstel en hetgeen de ministers tot nu toe hieromtrent hebben verklaard, geeft blijk van (een schijn van) willekeur ten op zichten van islamitisch gericht informeel onderwijs. Dit levert een schending op van het gelijkheidsbeginsel. De vrijheid van godsdienst omvat onder andere: het aanhangen en uitdragen van de geloofs- of levensovertuiging en het belijden van geloof in de praktijk. Vormen van uitoefening van godsdienst zijn ook het uitdragen en overdragen van de godsdienstige overtuiging onder (Kortmann e.a., Constitutioneel recht, Nijmegen: Wolters Kluwer 2016, p. 448-461). In de juridische wetenschappelijke literatuur wordt het volgende geconstateerd “Nu godsdienstige uitingen in de tegenwoordige samenleving in het algemeen minder vertrouwd zijn, en tegelijkertijd de aanwezigheid van de islam in Nederland duidelijker naar voren komt en in de publieke discussie vooral in problematische zin aan de orde wordt gesteld, wordt ook de grondwettelijke garantie van vrijheid van godsdienst in toenemende mate ter discussie gesteld.”( Hirsch Ballin e.a., Uitleg van de Grondwet studenteneditie, Boom 2022, p. 117) Hoe kijkt u hiernaar? Bent u het eens dat dit wetsvoorstel willekeur toont? Hoe verklaart u dat in de juridische wetenschap op deze wijze naar uw wetsvoorstel kijkt? Heeft u deze meningen in overweging genomen bij de totstandkoming van deze wet? De landsadvocaat heeft u geadviseerd met betrekking tot de juridische inhoud en laten doorschemeren dat het onverstandig is om het wetsvoorstel door te zetten. U heeft geen gehoor gegeven aan dit advies. Waarom is dat?