Wet toezicht informeel onderwijs
Reactie
Naam
|
n.v.t. (De heer Y Nasri)
|
Plaats
|
Vlaardingen
|
Datum
|
26 november 2024
|
Vraag1
Wilt u reageren op het Wetsvoorstel Toezicht informeel onderwijs dan kunt u hier een reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten en/of door een bericht te uploaden.
Waarom wij ons moeten verzetten tegen overheidsbemoeienis in moskeelessen
De vrijheid van onderwijs en opvoeding is een fundamenteel recht dat gewaarborgd wordt in onze rechtsstaat. Het recente voorstel voor toezicht op informeel onderwijs, zoals lessen in moskeeën, vormt een directe bedreiging voor deze vrijheid. Het geeft de overheid de macht om te bepalen wat wij onze kinderen mogen leren, zelfs in religieuze en culturele contexten. Dit is een zorgwekkende ontwikkeling die niet alleen de islamitische gemeenschap raakt, maar alle ouders en opvoeders in Nederland.
Waarom dit voorstel een probleem is:
Inbreuk op onze rechten: Onze grondwet garandeert vrijheid van godsdienst en onderwijs. Dit voorstel tast die rechten aan door de overheid ongekende controle te geven over hoe wij onze kinderen opvoeden volgens onze religieuze waarden.
Oneerlijke behandeling: Dit beleid lijkt zich vooral te richten op moskeeën en andere minderheidsgroepen, wat een vorm van discriminatie is. Religieuze instellingen moeten dezelfde vrijheid hebben als andere organisaties om kinderen op te voeden in lijn met hun overtuigingen.
Verlies van autonomie: Ouders hebben het recht en de verantwoordelijkheid om te bepalen wat het beste is voor hun kinderen. Dit voorstel ontneemt hen die autonomie en plaatst een overheidsinstantie tussen ouder en kind.
Schijnveiligheid: Er wordt vaak verwezen naar radicalisering of misbruik als rechtvaardiging, maar er is geen bewijs dat moskeeën dit op grote schaal faciliteren. Het merendeel van de lessen richt zich op morele waarden, educatie en gemeenschap.
Wat we wél willen:
We willen samenwerken aan een samenleving waarin iedereen vrij is om zijn kinderen op te voeden in overeenstemming met zijn geloof en overtuigingen, zolang dit binnen de grenzen van de wet blijft. Overheidscontrole mag geen middel zijn om bepaalde gemeenschappen te marginaliseren of te wantrouwen.