Wet toezicht informeel onderwijs

Reactie

Vraag1

Als moslim en betrokken burger voel ik mij genoodzaakt te reageren op het wetsvoorstel dat toezicht regelt op informeel onderwijs. Hoewel ik de noodzaak begrijp om kinderen te beschermen tegen haat, geweld of discriminatie, ervaar ik dit voorstel als wederom een voorbeeld van de constante druk op onze gemeenschap om ons te verdedigen tegen vooroordelen en wantrouwen.

Het is teleurstellend dat moslims in Nederland al decennia lang het gevoel hebben zich telkens te moeten verantwoorden, zelfs wanneer zij simpelweg hun geloof uitoefenen of hun kinderen religieus onderwijs aanbieden. Het risico bestaat dat dit wetsvoorstel vooral gebruikt wordt om specifieke gemeenschappen, zoals de islamitische, onder een vergrootglas te plaatsen, wat het gevoel van uitsluiting en discriminatie alleen maar versterkt.

Ik maak mij zorgen over de willekeur waarmee vermoedens van "haat of geweld" kunnen worden onderzocht. Dit kan leiden tot onterechte beschuldigingen, verstoring van onschuldige activiteiten en verdere polarisatie in onze samenleving. Het idee dat onze religieuze lessen, die gebaseerd zijn op waarden zoals respect, rechtvaardigheid en medeleven, op voorhand verdacht worden gemaakt, is diep kwetsend.

Ik roep u op om ervoor te zorgen dat deze wet geen instrument wordt om een specifieke groep te marginaliseren of aan te pakken. Het is tijd dat de overheid vertrouwen toont in plaats van wantrouwen zaait. Daarnaast pleit ik voor een open dialoog met religieuze gemeenschappen, zodat er gezamenlijk gewerkt kan worden aan een inclusieve samenleving waar vrijheid van religie en onderwijs werkelijk wordt gewaarborgd.