Intrekkingswet Zondagswet

Reactie

Vraag1

Geachte dames en heren,

Hierbij wil ik een persoonlijke reactie geven op het voornemen tot het intrekken van de Zondagswet.
Al eeuwenlang wordt onze samenleving gestempeld door het christelijk denken dat gebaseerd is op de Bijbel. Van dit boek belijdt een christen dat het een Goddelijke oorsprong heeft. De wetten en geboden die Hij d.m.v. dit boek tot ons laat komen, zijn normerend voor iedere samenleving. Een van die geboden is om de sabbatdag te heiligen d.w.z. af te zonderen voor de dienst aan God. Onder het Oude Testament d.w.z. de tijd voordat Christus op aarde was, werd deze dag aan het eind van de week, dus op de zevende dag gehouden.
Na zijn sterven is Christus ook weer uit de dood opgestaan en wel op de eerste dag van de week, de zondag.
Omdat de woorden van God uit liefde gehoorzaamd moeten worden, zal ieder mens als schepsel van God ook het 4de gebod van de Tien Geboden graag gehoorzamen. Overtreding van dit gebod door de zondag voor onze eigen doelen te gebruiken, doet niet alleen God verdriet, maar ook al degenen die Hem willen volgen.
Dit is het belangrijkste motief om de regering met klem te vragen de Zondagswet niet in te trekken. Daarin worden immers wettelijke regels gesteld om de zondag als van God ingestelde rustdag te kunnen houden.
Het voortdurend overtreden van Gods geboden, ook van het 4de gebod, zal ons en ons volk zeer benadelen, omdat Hij er nauw op toeziet dat Zijn geboden worden nageleefd.

Behalve dit theologische motief zijn er ook andere redenen om er voor te pleiten dat er iedere week een dag is waarop we lichamelijk en geestelijk tot rust kunnen komen en ook (enigszins) afstand kunnen nemen van ons werk en de druk die dat in meerdere of mindere mate met zich meebrengt.

Kort samengevat: Trek de Zondagswet niet in, maar maak juist meer werk van een consciëntieuze naleving. Dit zal voor ons voor als geheel, maar ook voor iedere burger afzonderlijk zeer heilzaam zijn. Het is Gods eigen Woord: In het houden van Gods geboden ligt een groot loon.
Dat loon is niet in de eerste plaats een materieel loon, maar het is een geestelijk loon dat zich zelfs uitstrekt tot het leven na dit leven.

Fam. P. van Vijven, Yerseke.