Wet op de jeugdverblijven

Reactie

Naam Star Zuiddijk (Betoog tegen wetsvoorstel, Z. Gedik-Tas, DEEL 1 Z Gedik-Tas)
Plaats Amsterdam
Datum 26 februari 2014

Vraag1

U kunt reageren op alle onderdelen van dit voorstel.
Geachte heer/mevrouw,

Ik ben tegen het wetsvoorstel omtrent de jongeren verblijven hiervoor heb ik de volgende argumenten: het privacy argument en het onrechtvaardigheids argument.
Ten eerste wil ik wijzen op wat er staat in Artikel 7.2, waar ook meteen mijn eerste argument, het privacy argument op slaat. Hierin staat namelijk dat ieder bevoegd persoon zonder enige toestemming van het bestuur of aankondiging op iedere moment van de dag het jongeren verblijf mag binnen treden met ieder gewenst apparatuur. Dit zou betekenen dat een aangewezen persoon door het ministerie binnen zou kunnen komen in een verblijf met een opnamecamera waarmee hij/zij opnames kan maken van individuen -vooral jongeren aangezien die openlijk in de meerderheid zijn- zonder dat die gene daar van te voren openlijk toestemming voor heeft gegeven. Dit is juist nog negatiever voor die kinderen want hoe kan een kind dat juist naar zo een verblijf is gekomen voor hulp, begeleiding en een leuke sfeer zich ooit veilig en op zijn gemak voelen als hij/zij constant met de gedacht rondloopt dat er op ieder moment van de dag een man/vrouw kan binnen lopen met opname apparatuur die hem kan vastleggen en die gene is nog wel bevoegd door de Nederlandse Wet! Is dit niet juist heel erg tegenstrijdig met het hele idee van de Wet die opgesteld is ten bate van de kinderen? Waar blijft hun privacy dan? Het lijkt wel alsof de jongeren worden gestraft om een misdaad die helemaal niet eens is begaan. Ik wil ook wijzen op wat staat aangegeven als een noodsituatie in de nieuwe Wet, dat staat er namelijk helemaal niet. Dit betekent dus dat de grenzen van een noodsituatie en geen-noodsituatie worden bepaald door het ministerie zelf. Maar dat gaat volkomen in op de westerse, begaafde manier van regeren. Volgens de trias politica filosofie van Montesquieu -waar onze democratie grotendeels op is gebaseerd - horen de rechtsprekende, wetgevende en uitvoerende machten onafhankelijk verspreid te zijn, maar volgens de nieuwe wet zijn de rechtsprekende macht (dus de partij die bepaald over een noodsituatie is of niet) en de uitvoerende macht (de bevoegde persoon) beide vanuit het ministerie. Dat is pas echt barbaars en achterdochtig en dan wordt er nog gezegd dat in die jongeren verblijven de jongeren veel antiwesterse ideologieën krijgen toegediend, dat is wel echt ironisch!