Wet van school naar duurzaam werk

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Apeldoorn
Datum 8 september 2023

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een bericht te uploaden.
Het wetsvoorstel voorziet in de behoefte aan begeleiding die (kwetsbare) jongeren kunnen hebben bij de overgang naar werk. Goed dat het MBO een taak krijgt en de loopbaanbegeleiding doorgaat bij het behalen van een diploma of bij voortijdig schoolverlaten. Het MBO heeft een burgfunctie omdat er al een relatie is met de jongeren. Een vast gezicht dat oploopt met de jongeren is van groot belang. Hiervoor is een vertrouwensband nodig en echt contact. Dat kost tijd en betekent deskundigheid. Faciliteer dit.
Gemeenten, doorstroompunten en het MBO krijgen door deze wetgeving meer kans om integraal samen te werken. Echter is het wel van belang dat duidelijk is wie welke taak heeft en met name dat dit elkaar aanvult. Stel hier geen harde voorwaarden aan. De wetgeving moet te gebruiken zijn als leidraad, waardoor er soms ook grenzen en kaders verlegd kunnen worden. Op die manier wordt maatwerk gemakkelijker. Kijk bij integraal samenwerken ook naar nog meer samenwerking tussen VO en MBO. Laat de jongere zacht landen, maak hier tijd en ruimte voor en zorg voor doorlopende loopbaanoriëntatie.
Een aanvulling is dat de jongeren betrokken moeten worden bij wetsvoorstellen die om hen gaan. We praten echt nog veel te vaak over de jongeren in plaats van met hen. Hoe kan de jongere regie nemen over zijn eigen loopbaan wanneer wij voor hen bedenken hoe het moet en welke ondersteuning daarbij nodig is. Wanneer worden zij eigenaar?
Verder valt op dat er gesproken wordt over groepen jongeren en niet over jongeren in het algemeen. De focus ligt nu op een aantal groepen waarbij onderzoek heeft uitgewezen dat bij deze jongeren de meeste kansen liggen om kansenongelijkheid aan te pakken. Mooi die focus, maar dat wat je aandacht geeft groeit en dit werkt stigmatiserend. Waarom niet alle jongeren die het nodig hebben of er gebruik van willen maken? Uit onze ervaring blijkt dat ook kwetsbare niveau 3 en 4 jongeren, jongeren die een BBL-opleiding (gaan) volgen en jongeren met een migratieachtergrond (taalproblematiek speelt hierin een grote rol) behoefte hebben aan deze begeleiding.
Kijkend naar de kwetsbare doelgroepen die benoemd worden in het wetsvoorstel is de problematiek groter dan nazorg. Vaak is er sprake van multiproblematiek. De integrale aanpak omvat dan ook ouders, hulpverleners en andere welzijnsorganisaties. Wat maakt dat dit in de praktijk zelden lijkt te lukken? En als we een sluitende aanpak willen wat is dan de rol van de arbeidsmarkt?

Vraag2

Vindt u dat de regering de nazorgtaak voor het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs gelijk moet trekken met de taak voor loopbaanbegeleiding voor het mbo, zoals geformuleerd in dit wetsvoorstel?
• De wettelijke grondslagen voor nazorg in het praktijkonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs worden daarmee vergelijkbaar met de wettelijke taak voor loopbaanbegeleiding voor mbo entree en bol niveau 2 studenten.
• Via voorgestelde wetswijziging worden de scholen voor praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs verplicht om leerlingen die de school verlaten, en niet doorstromen naar het vervolgonderwijs, tot maximaal één jaar na het behalen van het diploma te adviseren en te begeleiden bij het vinden van algemeen geaccepteerde arbeid.
• Hiervoor komen – naast de € 2 mln. voor netwerkcoördinatoren – geen extra middelen beschikbaar.
Naar aanleiding van het pleidooi om jongeren niet in doelgroepen in te delen lijkt het logisch om de nazorgtaak gelijk te trekken voor alle jongeren die hier gebruik van willen maken.