Klimaatplan en INEK

Reactie

Naam Bernadette de Wit
Plaats Amsterdam
Datum 17 september 2019

Vraag6

- Participatie bij duurzame elektriciteitsopwekking -

Het kabinet vindt het van belang dat burgers en bedrijven kunnen participeren in zonne- en windparken. Met ‘participatie’ worden meerdere dingen bedoeld. Het gaat over het goed betrekken van burgers en bedrijven bij het maken van plannen voor zonne- en windparken, en bij het bouwen van de parken. Dat betekent onder andere dat mensen goed geïnformeerd worden, dat zij ideeën en suggesties kunnen aandragen, kunnen meedenken, en kunnen laten weten wat ze van de plannen vinden. Participatie bij zonne- en windenergie gaat ook over financiële participatie; wanneer bijvoorbeeld burgers, bedrijven of coöperaties geld investeren in een project en/of opbrengsten van een project ontvangen, bijvoorbeeld door uitkering van winst of via een omgevingsfonds voor de gemeenschap.

Op dit moment verzamelen overheden, bedrijven en andere organisaties kennis over hoe burgers en bedrijven kunnen participeren in zonne- en windparken. Dit wordt onder andere opgeschreven in een zogenaamde ‘handreiking’ over participatie in energieprojecten.

Vraag 6: Op welke manier(en) zou u willen participeren in zonne- en windenenergieprojecten en wat vindt u hierbij belangrijk? U kunt hierbij denken aan bovengenoemde voorbeelden, maar ook aan andere vormen van participatie.
Op geen enkele manier. Windenergie is technologisch uitgefaseerd. Windmolens zijn vogelversnipperaars en landschapvervuilers. Voor huizen en bedrijfsgebouwen zijn pv-cellen fantastisch, maar in de vorm van hele weiden met zonnepanelen zijn ze een bedreiging van de biodiversiteit; ze doden al het leven (insecten, planten) eronder.
Stap toch over op het schone kernenergie (Frankrijk heeft de minste uitstoot van alle EU-landen) en investeer in de wetenschappelijke ontwikkeling van de nieuwe generatie kernenergie, zoals kernfusie en thorium MSR.

Vraag7

- Het stimuleren van elektrische voertuigen -

Om de klimaatimpact van de manier waarop we ons vervoeren te verlagen is een verschuiving nodig naar schone vormen van mobiliteit. Voor autoverkeer zijn elektrische voertuigen, aangedreven door duurzaam opgewekte elektriciteit, hard nodig voor die verschuiving. Het kabinet wil daarom de aanschaf van elektrische voertuigen stimuleren, als ook het leasen van elektrische auto’s. Dit geldt voor personen-, bestel- en vrachtauto’s. Daarvoor stelt de overheid subsidies beschikbaar.

Vraag 7a: Waar dient het kabinet rekening mee te houden bij de vormgeving van deze subsidies?

Voor de stimulering van elektrische auto’s onderzoekt het kabinet een subsidie bij de aankoop van een nieuwe of tweedehands elektrische personenauto, het verstrekken van laadtegoed en een subsidie voor een laadpaal en/of batterijgarantie.

Vraag 7b: Wat vindt u van deze instrumenten? Zijn er nog andere manieren om de aankoop van een elektrische auto aantrekkelijk te maken?

Vraag 7c: Wilt u nog andere overwegingen aan het kabinet meegeven voor de uitvoering van het klimaatbeleid voor mobiliteit?

Moderne verbrandingsauto's zijn efficiënt en dankzij de katalysator ook schoon. Nu al raakt het elektriciteitsnet overbelast door de toename van elektrische auto's. Bovendien wordt door de milieulobby en de industrie verdonkeremaand dat de productie van elektrische auto's zeer vervuilend is, vervuilender dan de productie van benzineauto's. Het lijkt me beter in te zetten op frequent lightrailvervoer in de randstad en een snelle verbinding door de polder met Groningen. Het autoverkeer kan via diverse beprijzingsmaatregelen zoveel mogelijk ontmoedigd worden om het ruimtebeslag te verminderen. Binnenstedelijk is het autoluw maken van de bebouwde kom een perfecte maatregelen, doordat autobezitters een stukje naar hun auto moeten fietsen (parkeergarages aan de rand van de wijk)l, gaan ze vanzelf bewuster rijden.

Vraag8

- De bijdrage van circulaire economie aan de klimaatopgave -

Voor het klimaatvraagstuk maakt het niet uit of de emissies en emissiereducties binnen of buiten Nederland plaatsvinden. Internationaal is afgesproken dat de uitstoot van broeikasgassen wordt gemonitord op de plaats waar de emissies plaatsvinden. Dit wordt ook wel de “schoorsteenbenadering” genoemd. Er kunnen zich situaties voordoen waar het reduceren van emissies aan de schoorsteen resulteert in hogere (of lagere) emissies elders in de (internationale) productieketen. De schoorsteenbenadering houdt dus geen rekening met emissies die bepaalde activiteiten elders veroorzaken of voorkomen.

Hoewel de schoorsteenbenadering emissies elders in de keten buiten beschouwing laat, is deze aanpak nodig om nationale emissies onderling te kunnen vergelijken, en af te zetten tegen het doelbereik. Voor de nationale doelstelling van 49% CO2-reductie wordt daarom alleen naar nationale CO2-reductie gekeken. Omdat circulaire maatregelen gericht zijn op het sluiten van grondstofketens, vinden de CO2 effecten van deze maatregelen vaak plaats op verschillende plekken in een (internationale) productieketen. Om de kosten van de transitie voor de Nederlandse burger laag te houden, is het kabinet op zoek naar circulaire maatregelen die potentieel hebben om (vooral) in Nederland veel CO2 te reduceren.

Vraag 8: Welke circulaire diensten of concepten kunnen volgens u positief bijdragen aan het kostenefficiënt reduceren van CO2 op het Nederlandse grondgebied?
Ik betwist überhaupt het nut van CO2-reductie. CO2 is in natuurkundig opzicht geen enkel probleem. Ik wil dat de nadruk weer, heel simpel, op het belang van de burgers wordt gelegd: hun behoefte aan schone lucht in steden moet leiden tot het vervangen van zwaar vrachtvervoer door slimme schone logistieke oplossingen. En verder: stop met het kappen van groen in de stad en het buitengebied! Stop met het kulargument dat er nieuwe sprietjes worden teruggeplant, want het duurt 30 jaar voordat een boom volwassen wordt.
Een mooie circulaire (micro-)maatregel is het faciliteren van burgerinitiatieven in binnensteden voor buurtcompost, voor inwoners zonder buitenruimte. Verder zou de bouw gestimuleerd moeten worden om circulair te gaan bouwen, daar hebben de inwoners van Nederland meer aan dan het stillleggen van bouwprojecten door de stikstoffundamentalisten.

Vraag9

- De ruimtelijke inpassing van de energietransitie -

De transitie brengt veranderingen mee in de fysieke leefomgeving. Een duurzaam energiesysteem vergt meer ruimte dan een fossiel systeem. Deze ruimte is in Nederland – waar elke vierkante meter al een (of meerdere) bestemming(en) heeft – niet vanzelfsprekend. Een goede ruimtelijke aanpak van de transitie, inclusief het maken van (soms ingrijpende) ruimtelijke keuzen, is daarmee een noodzakelijke voorwaarde voor het behalen van de klimaatdoelstellingen.

Vraag 9: Op welke wijze denkt u dat het draagvlak voor de ruimtelijke inpassing van bijvoorbeeld windmolens en zonnepanelen vergroot kan worden?
Ik erger me aan uw eufemistische taalgebruik. Energietransitie betekent dat woonwijken van het gas af moeten. Dat is niet in het belang van de burgers. Bovendien is het irrationeel aangezien alle landen om ons heen juist overstappen op het schone aardgas voor de energiebehoefte van woningen. En, zie boven, energietransitie zou ook kunnen betekenen: overstappen op kernenergie. Dat alles laten jullie weg. Ik maak bezwaar tegen het sturende karakter van deze consultatie. Een waarlijk democratische consultatie zou open moeten zijn.
Maar goed. Zoals gezegd zijn zonnepanelen prima voor op daken. De platte daken in de stad zou ik vooral willen reserveren voor groen/blauwe daken om overvloedige regenval deels op te kunnen vangen. Maar de hoofdzaak is dat nog lang niet alle woningen zijn geïsoleerd, waardoor er nog maar weinig gas nodig is om te verwarmen en te koken.
Helaas blijkt uit bovenstaande dat jullie vlassen op enge totalitaire maatregelen om jullie linkse hobby/collusie met de warmtepomp/win-zonnepanelenindustrie door te drukken. Dit alles in strijd met de behoeften en belangen van de bevolking. Bah.