Klimaatplan en INEK
Reactie
Naam | H. Uljee |
---|---|
Plaats | Alphen aan den Rijn |
Datum | 23 september 2019 |
Vraag1
- Algemeen -Het centrale doel in het klimaatbeleid, het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen, raakt aan het leven van alledag. Zo gaan we onze huizen anders verwarmen en gebruiken we andere vormen van energie. De transitie is daarom in de eerste plaats een maatschappelijke transitie. Burgers en bedrijven staan voor een reeks beslissingen die van invloed zijn op hoe we wonen, ons verplaatsen, wat we eten, de producten die we kopen, hoe we ons geld verdienen. Iedereen kan dus bijdragen aan de transitie. De overheid wil burgers en bedrijven hierbij zoveel mogelijk ondersteunen.
Vraag 1a: Wat zijn volgens u de belangrijkste aandachtspunten bij de uitvoering van het klimaatbeleid?
Vraag 1b: Hoe kijkt u aan tegen de rollen van verschillende partijen in de transitie (burgers, bedrijven, overheid, kennisinstellingen, NGO’s, etc.)?
De belangrijkste aandachtspunten zijn, niet in paniek handelen zoals nu gebeurd. Nuchter nadenken en niet af van het gas als eerste reactie. Jullie hebben het als overheid en politiek niet door maar ik ben er van overtuigd dat 70% van onze bevolking het niet eens is met de aanpak van dit moment. Jullie luisteren alleen niet en doen het af met dit soort vraagstelling waar de gemiddelde Nederlander niet van weet en velen ook geen adequaat antwoord op hebben. Het gevolg is dat alles voorgekauwd word door de miljeu clubs die met hun maatregelen handelen met als motto "alles is beter als niets en dus doen we alles maar... hebben er alleen niet nuchter over nagedacht" Het is van 'n niveau kleuterschool denken. Alle maatregelen leiden tot niets en kosten een vermogen. Dus vooral overheid leg je oor eens te luister bij mensen die niet vanuit ideologie en winstbejag betrokken zijn bij het milieu. Dat is wat NL jullie kwalijk neemt, alles is eenzijdig benaderd vanuit die milieuclubs en de industrie en de burger moet slikken wat die uitkomst is, letterlijk en figuurlijk. Dat heeft niets van doen met democratie en dat zijn we toch? Nee paniek overheerst, angst zaaien betekend de vrije hand krijgen en dat is wat gebeurd. Beter ten halve gekeerd als ten hele gedwaald!
In de tweede vraagstelling wil ik graag aangeven wat wel zin heeft.
Vraag2
- Strategie voor de lange termijn -Het Klimaatplan en het INEK beschrijven het beleid voor de periode 2021-2030. Dat is er vooral op gericht om in 2030 -49% reductie t.o.v. 1990 te realiseren. Diverse maatregelen zullen ook bijdragen aan verdergaande reducties in de periode na 2030. Daarnaast zal aanvullend beleid voor de lange termijn nodig zijn. Dat beleid zal bovendien rekening moeten houden met toekomstige ontwikkelingen die ons voor nieuwe uitdagingen kunnen stellen. Daarom is een langetermijnoriëntatie in het beleid van belang. Het betreft ontwikkelingen en maatregelen op terreinen als technologie, sociale aspecten, financieel-economisch en de relatie met ander beleid. Enkele voorbeelden zijn de rol van hernieuwbaar gas, de ontwikkeling van gedrag, de prikkels die passend zijn om het bedrijfsleven klimaatvriendelijker te maken en hoe rekening kan worden gehouden met biodiversiteit.
Vraag 2: Welke onderwerpen (en uitdagingen) verdienen volgens u bijzondere aandacht van het klimaatbeleid met het oog op de periode 2030-2050 en waarom?
Als we alleen bedenken dat het gas wat wij stoken de allermeest efficiënte manier van energie omzetten in warmte is, kun je toch niet volhouden dat bijvoorbeeld biomassa - hout wat in Canada gekapt en verwerkt wordt tot pillen, vervoerd wordt naar NL en hier verstookt wordt om er elektriciteit van te maken voor warmtepompen efficiënter is als gas stoken en beter is voor het milieu? Denken we nog niet aan het 't stikstof probleem en - dat de aanplant van nieuwe bomen pas over dertig jaar het niveau heeft van wat diezelfde bomen nu bijdragen aan opname van Co2 - eveneens beter is voor het milieu?
Mijn voorstel? sluit op termijn alle kolencentrales en bouw vier kerncentrales. Kap met alle onzin die nu gebeurd met molens op zee (de eerste parken in Denemarken liggen al stil) Probeer eens duidelijk te maken dat kernenergie totnogtoe minder levens gekost heeft als welke andere manier van energieopwekking ook. Bovendien, als we nu beginnen met het bouwen van kerncentrales kunnen ze - voordat ze geopend worden - getransformeerd worden tot Thorium centrales, zo dichtbij is dat.
Zonne energie prima maar gebruik de duizenden ha daken van grote gebouwen, daar wek je energie op die direct ter plekke gebruikt kan worden zonder onze infrastructuur over te belasten en dat op de tijden dat mensen werken en eveneens ook de zon schijnt. Als we een paar gas centrales houden kunnen die energie centrales, met de hedendaagse weersvoorspellingen, inspelen en fine tunen op de behoeften van het moment.
Laten we voor de gasvoorziening gebruik maken van gas uit buitenland (Rusland) de infra daarvoor heeft ons al een vermogen gekost en we hebben het mooiste netwerk van de wereld. (bij de huidige aanpak moet TenneT verkocht worden omdat ze het niet aankan) Alleen moeten we onderscheid maken tussen gas uit Groningen, dat gebruiken we uitsluitend voor huizen en die opbrengsten mag Groningen houden om hun problemen op te lossen. Wedden dat onze huizen verwarmd kunnen worden tot 2050 en de Groningers graag meewerken? En gas voor industrie en energiecentrales dat komt uit het buitenland alleen moeten daar bij binnenkomst aanpassingen aan gepleegd worden.
Alle auto's op elektriciteit moet het einddoel zijn en dat kan op deze manier op 'n verantwoorde en continue wijze gebeuren. Immers als de zon niet schijnt is er voldoende capaciteit en de huidige netwerken worden niet overbelast en hoeven niet onnodig uitgebreid te worden.
Vraag3
- Samenwerking met andere landen -Alle Europese lidstaten stellen, net als Nederland, een plan op (INEK) waarmee ze inzicht bieden in hun energie- en klimaatbeleid voor de periode 2021 tot en met 2030. Deze plannen vormen een instrument om het energie- en klimaatbeleid van de lidstaten onderling beter af te stemmen. Op een aantal onderwerpen werkt Nederland nauw samen met de buurlanden of met andere Europese lidstaten. Een aantal voorbeelden van samenwerking zijn:
• Het Nederlandse elektriciteitsnet is verbonden met de netwerken van andere West-Europese landen. Dit maakt internationaal transport van elektriciteit makkelijker, efficiënter en goedkoper. Voor gebruikers resulteert dit in lagere kosten en een hogere leveringszekerheid: de zekerheid dat er altijd elektriciteit uit het stopcontact komt.
• Met landen aan de Noordzee aan de ontwikkeling van windenergie op zee in internationale wateren.
• Nederland werkt in EU programma’s met andere regio’s, steden en lidstaten aan nieuwe innovatieve projecten, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaam vervoer en slimme elektriciteitsnetten die vraag en aanbod van elektriciteit slim aan elkaar kunnen koppelen
Vraag 3a: Waar zou volgens u de samenwerking met andere lidstaten op gericht moeten zijn? Wat vraagt om samenwerking op Europees niveau en wat zou een plek moeten krijgen in samenwerking met (een kopgroep van) gelijkgestemde lidstaten?
Vraag 3b: Wat kunt u zelf bijdragen, en welke ondersteuningsbehoefte heeft u?
De lidstaten moeten vooral hun eigen probleem aanpakken en laten zien aan de rest van Europa hoe zij dit doen. Samenwerken op dat vlak kost jaren en gaat niets opleveren. Inbreng als NL in de EU hebben we nooit gehad dus dat zo nodige gidsland spelen is niets meer als politieke pik-trekkerij.
Het enige wat daarin belangrijk kan zijn is de Europese infra die voor Fine tuning van het energie netwerk in Europa kan worden ingezet en het eveneens mogelijk moet kunnen maken energie, die opgewekt wordt in bv midden Spanje en noord Afrika, te transporteren door Europa.
(Voorbeeld, als die 6.5 miljard die wij nu onterecht gestoken hebben in elektrisch rijden in NL gebruikt was om zonnepanelen in midden Spanje te leggen, de opgewekte stroom ter plekke omgezet was in waterstof had een groot deel van het openbaar vervoer in Spanje nu op waterstof gereden. Dat noem ik 'n mogelijkheid om Europees samen te werken en vooral ook een voorbeeld van nuchter nadenken)
Vraag4
- De verduurzaming van de gebouwde omgeving -Woningen en andere gebouwen, zoals kantoren en scholen, gaan de komende 30 jaar verduurzamen. Dat betekent onder andere dat we niet meer op gas koken maar via inductie, en dat we onze huizen in de toekomst verwarmen via elektriciteit of duurzaam gas. Dat gaat geleidelijk en start in de wijken waar het aardgasnet vervangen moet worden, of waar aardgas nu al kosteneffectief vervangen kan worden door duurzame warmte, elektriciteit of duurzaam gas. Gemeenten voeren hierover de regie.
Tegelijk stimuleren we individuele woningeigenaren, verhuurders van woningen en eigenaren van andere gebouwen, zoals kantoren, nu al te starten met energiebesparende maatregelen, door op natuurlijke momenten van verbouwing of vervanging van de cv-ketel te kiezen voor isolatie en duurzamere verwarmingsopties. Tot 2030 zijn er subsidiemiddelen beschikbaar voor isolatie en warmte-installaties. De energiebelasting wordt aangepast zodat een sterkere prikkel ontstaat om te verduurzamen doordat investeringen in verduurzaming zich sneller terugverdienen. Voor individuele woningeigenaren zal het kabinet een breed palet aan aantrekkelijke financieringsmogelijkheden beschikbaar maken, waaronder gebouwgebonden financiering en een warmtefonds met aantrekkelijke voorfinanciering voor iedereen (ook voor degenen die nu geen financieringsmogelijkheden hebben).
Corporaties gaan afspraken maken over tussendoelen in 2030. Er worden een standaard en streefwaarden ontwikkeld om woningeigenaren en verhuurders handelingsperspectief te bieden.
Om ervoor te zorgen dat de energiekosten van meer huishoudens lager worden of niet onevenredig hard stijgen, moeten we ervoor zorgen dat het verduurzamen van woningen goedkoper wordt. Door de bij de Bouwagenda aangesloten partijen wordt de komende jaren gewerkt aan een kostenreductie van de verduurzaming van 20 tot 40%. Ter ondersteuning hiervan is inmiddels een ambitieus innovatie- en opschalingsprogramma gestart en het Bouw Techniek en Innovatie Centrum opgericht. Voor de gebouwen als kantoren, scholen en zorginstellingen komt er een streefdoel voor 2030 en een eindnorm in 2050. In routekaarten geven grote gebouweigenaren aan hoe ze toewerken naar het streefdoel en de eindnorm. De afspraken over de gebouwde omgeving vormen zo een samenhangend geheel.
Vraag 4: Welke aanvullende ideeën heeft u om de gebouwde omgeving te verduurzamen? En wat kunt u daar zelf aan bijdragen?
Laat het aan particulieren, bedrijven en woning corporaties over om te isoleren en energie op te wekken!
Prima en ondersteun dat waar het kan tegen maximale (vooral haalbare) subsidies. Daar is nog een wereld te winnen maar leg het niet op zoals nu gebeurd want dat werkt averechts en komt als een boemerang op jullie overheid terug. En bij de aanpak die nu door de strot geduwd wordt garandeer ik dat dit gaat gebeuren omdat alle voorstellen die voorliggen niet tot de voorgestelde resultaten gaan leiden.
Ik wil ook de weddenschap aangaan dat de manier van aanpak die ik hier voorstel breder gedragen wordt in NL en dat het tot een beter eindresultaat van de Co2 reductie zal leiden. Dan nemen we met het voordeel van deze opzet ook nog even mee dat het beter is voor de fijnstof en stikstof problematiek die zich nu voor doet.
Daar heb ik (met ik bedoel ik die 70% van NL he) ook ideeën over maar ik zie dezelfde idiotie en paniek maatregelen van hetzelfde kleuterklas clubje alweer verschijnen. (kon overigens ook nooit goed aflopen met 160 natura 2000 gebieden in zo'n klein landje, Frankrijk heeft er wel 16?)
Vraag5
- De klimaatopgave in de landbouw -In 2050 is de wereldbevolking gegroeid tot zo’n 9,5 miljard mensen. Om de aarde niet uit te putten, moeten we anders gaan consumeren en produceren. Een omschakeling is nodig waarin niet druk op de kostprijs van producten leidend is maar het streven naar voortdurende verlaging van het verbruik van grondstoffen en vermindering van de druk op onze leefomgeving. Dat betekent ook een andere inrichting van onze landbouw en landgebruik, zodat grondstoffen en hulpbronnen op een duurzame manier worden gewonnen en optimaal worden benut. Om tot zo’n circulair en klimaatneutraal landbouwsysteem te komen, hebben we een samenhangende aanpak nodig. De kabinetsvisie ‘Waardevol en verbonden’ en het realisatieplan van die visie bieden hiervoor een kader. Denk hierbij aan bijvoorbeeld een betere verbinding tussen landbouw en natuur, een lager gebruik van niet-hernieuwbare grondstoffen en een beter verdienvermogen voor duurzaam werkende ondernemers. In het Klimaatakkoord zijn concrete maatregelen afgesproken die verbonden zijn met de kabinetsvisie. Boeren, tuinders, bedrijven en andere partijen in en rond landbouw en landgebruik staan nu voor de uitdaging om deze activiteiten in samenhang uit te voeren.
Vraag 5: Welke praktische ideeën heeft u om zoveel mogelijk samenhang aan te brengen tussen de uitvoering van de afspraken uit het Klimaatakkoord en de visie Waardevol en Verbonden?
Ik kan maar een ding zeggen overheid bezin je en kom terug op je schreden. LUISTER NAAR EEN ANDER DEEL VAN JE BEVOLKING NEEM HEN SERIEUS. Ik ben bereid groepen mensen daarvoor bij elkaar te halen en de discussie, maar vooral confrontatie aan te gaan met partijen die nu de voorstellen gedaan hebben. Dit is niet te laat en in tegen stelling tot wat nu gebeurd niet meer als een staaltje van democratie handelen.
Vraag6
- Participatie bij duurzame elektriciteitsopwekking -Het kabinet vindt het van belang dat burgers en bedrijven kunnen participeren in zonne- en windparken. Met ‘participatie’ worden meerdere dingen bedoeld. Het gaat over het goed betrekken van burgers en bedrijven bij het maken van plannen voor zonne- en windparken, en bij het bouwen van de parken. Dat betekent onder andere dat mensen goed geïnformeerd worden, dat zij ideeën en suggesties kunnen aandragen, kunnen meedenken, en kunnen laten weten wat ze van de plannen vinden. Participatie bij zonne- en windenergie gaat ook over financiële participatie; wanneer bijvoorbeeld burgers, bedrijven of coöperaties geld investeren in een project en/of opbrengsten van een project ontvangen, bijvoorbeeld door uitkering van winst of via een omgevingsfonds voor de gemeenschap.
Op dit moment verzamelen overheden, bedrijven en andere organisaties kennis over hoe burgers en bedrijven kunnen participeren in zonne- en windparken. Dit wordt onder andere opgeschreven in een zogenaamde ‘handreiking’ over participatie in energieprojecten.
Vraag 6: Op welke manier(en) zou u willen participeren in zonne- en windenenergieprojecten en wat vindt u hierbij belangrijk? U kunt hierbij denken aan bovengenoemde voorbeelden, maar ook aan andere vormen van participatie.
Antwoorden op deze vraag heb ik al beantwoord bij vraag vier(4)
Overigens zou ik bij vraag vier nog aan willen vullen dat de kosten die opgelegd worden aan de burgers nooit haalbaar worden. Hoogstwaarschijnlijk heeft de politiek dit ook al door en zinspeelt betreffende Minsiter nu al op een mogelijkheid om vervroegd pensioengelden op te kunnen nemen. Hij zegt het niet met zoveel woorden maar bedoeld hiermee dat je straks je warmtepompje kan betalen met geld van je pensioen, aanbevolen met de leugen dat je dit weer terug verdiend door energiebesparing!
Op dezelfde blije manier waarop indertijd 160 natura 2000 gebieden zijn aangekondigd en waar nu blijkt dat we daar behoorlijk mee in ons vingers snijden omdat we met stikstof in de problemen komen. Dat hebben de milieuclubs altijd geweten en bewust uitgespeeld. Helaas niemand had het door!
Vraag7
- Het stimuleren van elektrische voertuigen -Om de klimaatimpact van de manier waarop we ons vervoeren te verlagen is een verschuiving nodig naar schone vormen van mobiliteit. Voor autoverkeer zijn elektrische voertuigen, aangedreven door duurzaam opgewekte elektriciteit, hard nodig voor die verschuiving. Het kabinet wil daarom de aanschaf van elektrische voertuigen stimuleren, als ook het leasen van elektrische auto’s. Dit geldt voor personen-, bestel- en vrachtauto’s. Daarvoor stelt de overheid subsidies beschikbaar.
Vraag 7a: Waar dient het kabinet rekening mee te houden bij de vormgeving van deze subsidies?
Voor de stimulering van elektrische auto’s onderzoekt het kabinet een subsidie bij de aankoop van een nieuwe of tweedehands elektrische personenauto, het verstrekken van laadtegoed en een subsidie voor een laadpaal en/of batterijgarantie.
Vraag 7b: Wat vindt u van deze instrumenten? Zijn er nog andere manieren om de aankoop van een elektrische auto aantrekkelijk te maken?
Vraag 7c: Wilt u nog andere overwegingen aan het kabinet meegeven voor de uitvoering van het klimaatbeleid voor mobiliteit?
Wederom, laat het aan de burger en de markt over. Hebben jullie nu nog niet voldoende geleerd van het misbaksel van subsidiëring van elektrisch rijden totnogtoe? Kijk wat de auto industrie doet (Audi ontslaat 900 man om geld vrij te maken voor het ontwikkelen van elektrische auto's) Over tien jaar is de elektrische wagen net zo duur als z'n benzine variant.
Stop in Godesnaam waar je mee bezig bent en ga in conclaaf met mensen die dezelfde intenties hebben als de milieuclubs maar er alleen nuchterder instaan. Het eindresultaat sta ik voor in is een stuk beter en voorspelbaarder.
Vraag8
- De bijdrage van circulaire economie aan de klimaatopgave -Voor het klimaatvraagstuk maakt het niet uit of de emissies en emissiereducties binnen of buiten Nederland plaatsvinden. Internationaal is afgesproken dat de uitstoot van broeikasgassen wordt gemonitord op de plaats waar de emissies plaatsvinden. Dit wordt ook wel de “schoorsteenbenadering” genoemd. Er kunnen zich situaties voordoen waar het reduceren van emissies aan de schoorsteen resulteert in hogere (of lagere) emissies elders in de (internationale) productieketen. De schoorsteenbenadering houdt dus geen rekening met emissies die bepaalde activiteiten elders veroorzaken of voorkomen.
Hoewel de schoorsteenbenadering emissies elders in de keten buiten beschouwing laat, is deze aanpak nodig om nationale emissies onderling te kunnen vergelijken, en af te zetten tegen het doelbereik. Voor de nationale doelstelling van 49% CO2-reductie wordt daarom alleen naar nationale CO2-reductie gekeken. Omdat circulaire maatregelen gericht zijn op het sluiten van grondstofketens, vinden de CO2 effecten van deze maatregelen vaak plaats op verschillende plekken in een (internationale) productieketen. Om de kosten van de transitie voor de Nederlandse burger laag te houden, is het kabinet op zoek naar circulaire maatregelen die potentieel hebben om (vooral) in Nederland veel CO2 te reduceren.
Vraag 8: Welke circulaire diensten of concepten kunnen volgens u positief bijdragen aan het kostenefficiënt reduceren van CO2 op het Nederlandse grondgebied?
Misschien een aardig idee? 80% van de Afrikaanse bevolking beschikt direct of indirect over een mobieltje. Hele groepen door ons niet altijd welgevallige lieden kunnen boodschappen verzenden via dit medium. Waarom kunnen wij daar geen gebruik van maken om - vol continu - aan te geven dat het niet meer nodig is om meer als een of twee kinderen te nemen om te overleven. Als we dat combineren met ontwikkelingsgelden die op juiste plaatsen terecht komen en ondersteunen waar mogelijk om Afrika zichzelf te laten ontwikkelen hebben we in 2050 misschien het equivalent van 2 miljard mensen minder als nu voorspeld. Onvoorstelbaar wat dat aan klimaat effecten heeft? vele malen meer als wij hier allemaal bespreken. Misschien is dat 'n idee voor de overheid? Beter als wat ze nu nastreeft.
Vraag9
- De ruimtelijke inpassing van de energietransitie -De transitie brengt veranderingen mee in de fysieke leefomgeving. Een duurzaam energiesysteem vergt meer ruimte dan een fossiel systeem. Deze ruimte is in Nederland – waar elke vierkante meter al een (of meerdere) bestemming(en) heeft – niet vanzelfsprekend. Een goede ruimtelijke aanpak van de transitie, inclusief het maken van (soms ingrijpende) ruimtelijke keuzen, is daarmee een noodzakelijke voorwaarde voor het behalen van de klimaatdoelstellingen.
Vraag 9: Op welke wijze denkt u dat het draagvlak voor de ruimtelijke inpassing van bijvoorbeeld windmolens en zonnepanelen vergroot kan worden?
Laat het aan de markt over, mensen weten inmiddels wel dat het hard nodig is om te veranderen, je snijd je in de vingers om dat via de overheid te willen regelen, dat zal je (als zoveel zaken die de overheid oplegt) op breken. Misschien is druk en ondersteuning voor het bedrijfsleven wel aan te bevelen maar laat het dan weer niet naar de multinationals gaan maar ondersteun het midden en klein bedrijf, die heeft het nodig en zorgt voor werkgelegenheid en juist die moeten dit verhaal voor elkaar maken.