Wetsvoorstel macrodoelmatigheid mbo

Reactie

Vraag1

Nee, het is een illusie (die van de maakbaarheid van de samenleving) om te denken dat jongeren zich laten leiden door een minister die graag wil dat jongeren kiezen voor techniek, of SBB barometers. De praktijk en wetenschappelijk onderzoek naar studiekeuzegedrag leert dat jongeren op andere gronden een afweging maken voor hun opleiding. School heeft (helaas wellicht) maar zeer beperkt invloed op het keuzegedrag van jongeren.
Uiteraard moet het aanbod van instellingen niet zodanig zijn, dat we jongeren opleiden voor een leven 'in de goot'. Maar de praktijk is dat opleidingen - die door de minister gekscherend wel eens 'pretopleidingen' zijn genoemd - waarvan het arbeidsmarktperspectief op dit moment slecht is, deelnemers hier wel degelijk op voorbereiden. Door ze breder op te leiden, door bij intake en aanname te wijzen op het feit dat de kans dat ze daadwerkelijk in de sector aan de slag kunnen, klein is. Dat jongeren nog steeds voor zo'n opleiding kiezen lijkt vreemd, maar is goed te verklaren. Een opleiding (ook in het mbo!) is meer dan een toegangsbewijs naar de 'baan voor het leven'. Gelukkig leiden we onze deelnemers niet op als toekomstig werknemers met oogkleppen, maar zoeken we naar verbreding, verdieping, doorstroom. Cijfers onderbouwen dit ook. Het voorliggende wetsvoorstel ruikt helaas naar een chronisch gebrek aan vertrouwen in de sector. Wellicht heeft de sector het zelf verdiend, door uitwassen van een enkeling. Toch is het niet waar dat opleidingen voor 'dansmariekes' of 'caviaknuffelaars' als paddenstoelen uit de grond schieten (of zijn geschoten).

Vraag2

Een belemmering is het feit dat mbo-onderwijs is verdeeld over ROC's, AOC's en vakinstellingen. Een doelmatige opleiding kan zich over meerdere sectoren verspreiden, terwijl dat wettelijk gezien (voor AOC's in ieder geval) niet mogelijk is. Echter, door samenwerkingsovereenkomsten aan te gaan is wel meer mogelijk. Hiervoor is geen aanvullende wetgeving nodig.