Wet minimumbeloning zelfstandigen en zelfstandigenverklaring
Reactie
| Naam | Mark van de Weijer | regie & realisatie (M. van de Weijer) |
|---|---|
| Plaats | Wijdewormer |
| Datum | 3 december 2019 |
Vraag1
Het doel van deze consultatie is tweeledig:1. Het informeren van de samenleving over de voorgestelde maatregelen;
2. Het verzamelen van reacties over de inhoud van het wetsvoorstel.
Reactie op Wet zelfstandigenverklaring, artikel 2, 1 lid e - dit lid stelt dat werkzaamheden worden aangegaan voor de duur van ten hoogste een jaar. In de praktijk lopen opdrachten regelmatig uit, bijvoorbeeld omdat de besluitvorming bij de klant wordt vertraagd. Dit heeft tot gevolg dat de intensiteit van de opdracht tijdelijk afneemt (minder uren per week) maar dat de doorlooptijd langer wordt, regelmatig langer dan 1 jaar. Het inkomensrisico van deze vertraagde besluitvorming ligt bij mij als ondernemer. Wanneer een opdracht niet langer dan een jaar mag duren, kan ik daardoor niet mijn afspraken nakomen en moet ik de opdracht tussentijds stopzetten, met als gevolg verlies van inkomen. Dit kan niet de bedoeling zijn van de wet.
Reactie op Wet zelfstandigenverklaring, artikel 2, 1 lid f: dit lid stelt dat ik een arbeidsbeloning moet ontvangen van € 75 per uur minimaal. Mijn gangbare tarief is € 90 - € 100 ex BTW per uur. Het komt echter ook voor dat ik toezeg een bepaalde opdracht uit te voeren binnen een maximaal aantal uren. Ik declareer het werkelijk aantal uren tot die grens, daarboven is het mijn (ondernemers)risico. Dergelijke afspraken zijn niet meer mogelijk onder de conceptwet omdat daarmee achteraf het gemiddelde, daadwerkelijk in rekening gebrachte uurtarief onder de grens van € 75 komt. Door de maandelijkse facturering zullen er in deze situatie maanden zijn waarin ik wel uren werk en geen rekening stuur - dit staat gelijk aan een tarief van € 0,-. Dat is in strijd met de wet, maar zeker niet met zelfstandig ondernemerschap.