Wet minimumbeloning zelfstandigen en zelfstandigenverklaring
Reactie
Naam | Van Maarschalkerweerd Translations (mevrouw W.J. van Maarschalkerweerd-Bakker) |
---|---|
Plaats | Eemnes |
Datum | 4 december 2019 |
Vraag1
Het doel van deze consultatie is tweeledig:1. Het informeren van de samenleving over de voorgestelde maatregelen;
2. Het verzamelen van reacties over de inhoud van het wetsvoorstel.
De voorgestelde maatregelen zijn onzinnig en niet goed doordacht!
Als het doel van de voorgestelde maatregelen is om 'schijnzelfstandigheid' aan te pakken, voldoen deze maatregelen niet. Een grondige herinventarisatie van wat wordt bedoeld met 'zelfstandige' dient te worden verricht waarbij de voorgestelde maatregelen nauwgezet dienen te worden heroverwogen.
'De zelfstandige' bestaat nl. niet. Er bestaat een grote diversiteit aan zelfstandigen. Zelfstandige professionals zijn op vele terreinen en in vele disciplines werkzaam en kunnen daarom niet als 1 groep worden beschouwd.
Men kan de bijvoorbeeld zelfstandige accountants, architecten, boekhouders, bouwkundigen, consultants, fysiotherapeuten, glazenwassers, hoveniers, interim-managers, kappers, manueeltherapeuten, postbezorgers, schilders, schoonheidsspecialisten, schoonmakers, tolken, uitvaartverzorgers, verpleegkundigen, vertalers, werktuigbouwkundigen niet over een kam scheren!
Onlangs is in de media verschenen dat voor architecten 150% moet worden berekend van het tarief dat werknemers in vergelijkbare functies krijgen. Als men dit ook hanteert voor het minimumtarief van Euro 16 waarbij dit dan 150% zou zijn, dan zou het minimumtarief Euro 10,66 bedragen? Daar komt de zelfstandige glazenwasser echt niet voor!
Het risico bestaat nl. dat in de markt het minimumtarief zal uitpakken als 'maximum' tarief.
Bovendien lijkt het voorgestelde minimumtarief van Euro 16,00 in strijd met de Wet op ze Zelfstandigenverklaring waarin onder Artikel 2.1.f Zelfstandigenverklaring een bedrag van Euro 75 is vermeld:
1.f “…de werkende uiterlijk 30 dagen na de dag waarop de werkende het overzicht, bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, aan de werkverstrekker heeft verstrekt, met overeenkomstige toepassing van artikel 7, eerste tot en met achtste en veertiende lid, van de Wet minimumbeloning zelfstandigen, voor de werkzaamheden een arbeidsbeloning ontvangt van ten minste € 75 per uur;”