Rijkswet op het Nederlanderschap
Reactie
|
Naam
|
M Bean
|
|
Plaats
|
Den Haag
|
|
Datum
|
29 maart 2011
|
Vraag1
Hoe kunnen de voorwaarden voor verkrijging en verlening van het Nederlanderschap worden vormgegeven teneinde de maatschappelijke participatie te bevorderen?
Door met betrokken vreemdeling een normaal niet vooraf gedefinieerd verhaal te doen. Bijv waar werk je, wat doe je of kun je eens een normale dag beschrijven. Dit gesprek zou een interactie moeten zijn tussen de vrager en vreemdeling waaruit moet blijken dat deze het gesprek kan begrijpen en er ook op kan anticiperen.
Het is uiteraard zeer moeilijk om hier een grens aan te trekken voor het wel of niet slagen van dit gesprek. Maar je kunt als overheid wel zien of (-) de vragen begrijpt en deze normaal kan beantwoorden. Bij dit gesprek zou dus exclusief geen tolk aanwezig moeten zijn om gestelde vragen te vertalen het geen nu dus wel standaard gebeurd.
Kijk dat een vreemdeling niet geheel vloeiend Nederlands kan spreken is ansicht dan nog niet zo erg maar de vraag is of deze genoeg kan begrijpen en zich ook verstaanbaar kan maken.
Hierna zou het schriftelijk deel moeten volgen en eigenlijk zou dat geen multiple-choice moeten zijn!
