Wetsvoorstel nieuwe regels inzake huisvesting vergunninghouders
Reactie
Naam
|
Anoniem
|
Plaats
|
Aalten
|
Datum
|
12 maart 2025
|
Vraag1
Wilt u reageren op het wetsvoorstel nieuwe regels inzake huisvesting vergunninghouders. Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Gemeente Aalten heeft de volgende bezwaren tegen het wetsvoorstel; wij vinden daarom dat dit wetsvoorstel moet worden ingetrokken.
1. Het draagt nauwelijks bij aan het beschikbaar komen van huisvesting voor andere doelgroepen en frustreert gericht woningbouwbeleid;
2. Het vergroot de problemen in de opvang en lijkt niet afgestemd met het beleid van
de Minister van Asiel en Migratie;
3. Er is geen (tijdelijk) alternatief beschikbaar;
4. Het draagt niet bij aan de oplossing van het onderliggende probleem, namelijk een groot tekort aan sociale huurwoningen.
Onderbouwing
Ad 1. Uit onderzoek blijkt dat het toekennen van voorrang aan statushouders bij sociale huurwoningen een minimale impact heeft op de wachttijden voor woningzoekenden. Het afschaffen van deze voorrang verkort de wachttijd nauwelijks, terwijl het de druk op asielzoekerscentra vergroot blijkt uit onderzoek van het CBS.
Ad 2. Op dit moment verblijven 17.460 statushouders in een AZC. De MPP 2024-II geeft aan dat op 1 januari 2026 circa de helft van de COA-bewoners statushouder kan zijn, zonder aanpassing van beleid. "Asielopvang is niet bedoeld voor de structurele opvang van statushouders (…) huisvesting van statushouders in gemeenten levert direct ruimte op in de asielopvang”. Dit schrijft Minister Faber van A&M in haar brief van 14 februari jl. Zij looft een premie uit van €30.000 per statushouder die door de gemeente wordt gehuisvest in (on)zelfstandig woonruimte zoals bedoeld in de Huisvestingswet 2014. Dit staat volledig haaks op elkaar.
Ad 3. Er zijn geen reële alternatieven beschikbaar voor (tijdelijke) opvang of huisvesting van statushouders. Er is nog geen beleid en er zijn nog geen locaties of middelen beschikbaar voor de voorgestane ‘opstartwoningen’. De door de minister voorgestelde doorstroomvoorzieningen zijn niets meer dan uitstel van noodzakelijke huisvesting. Daarmee anticipeert de Minister van A&M op het gegeven dat doorstroom langer duurt of zelfs onmogelijk wordt als voorrang bij huisvesting wordt verboden. In plaats van in een AZC zitten statushouders dan langdurig in een tijdelijke doorstroomvoorziening, op kosten van de gemeente. Dat vinden wij geen werkbaar alternatief.
Ad 4. Het verbieden van voorrang voor statushouders vergroot de problemen in de opvangketen en legt de oorzaak voor lange wachttijden mede bij een kwetsbare doelgroep. Het lost helemaal niets op. Op termijn is bouwen de enige oplossing van het schaarste probleem.
Bijlage