Onderwijs op een andere locatie dan school
Reactie
|
Naam
|
N Davelaar
|
|
Plaats
|
Zwolle
|
|
Datum
|
30 januari 2017
|
Vraag4
Voorgesteld wordt dat kinderen via het volgen van thuisonderwijs aan de leerplicht kunnen voldoen indien het thuisonderwijs aan minimum kwaliteitsnormen voldoet waarop de onderwijsinspectie toezicht houdt. Welke effecten verwacht u van dit voorstel? Is dit voorstel voor u in de rol van ouder, leraar of onderwijsbestuurder werkbaar? Zo nee, waarom niet? Kleven er volgens u risico’s aan de voorgestelde maatregelen? Zo ja, welke?
Werd met thuisonderwijs geconfronteerd toen mijn neefje en zijn vrouw meedeelden dat ze hun dochter zelf gingen opleiden. Dat vond ik gedurfd, maar ik had er ook een hard hoofd in. Helemaal toen ze aangaven dat ze het leuk zouden vinden als ik op mijn 60e die kleine meid zou helpen met handvaardigheid, serieus knutselen en timmeren en elektra.
We zijn nu een paar jaar onderweg en ik moet zeggen dat ik het erg leuk vind om te doen. Het is geweldig om een boot met haar te ontwerpen en die vervolgens samen te maken. Eerst is het veel voordoen, maar ze gaat het al snel zelf doen. Ze helpt nu ook bij normaal kluswerk enzo.
We volgen volledig haar interesse en haar ideeën staan centraal. Dat zorgt ervoor dat ze enorm gemotiveerd is en snel leert. Ze kiest ergens voor en wil het dan ook echt snappen en leren. Het is enorm stimulerend omdat mee te maken.
Ik heb zelf technische school gedaan en ben niet geschoold als docent. Maar ik breng wel 40 jaar praktijkervaring mee. Dat is een periode waarin ik talloze collega’s heb ingewerkt en met nieuwe ontwikkelingen heb leren omgaan. Ik denk dat niet dat iemand met een vers HBO papiertje per definitie een beter onderwijzer is.
Vraag5
Hoe zou een thuisonderwijzer zijn pedagogisch-didactische bekwaamheid kunnen aantonen? Kunt u dit toelichten?
Het toezicht moet zich richten op de relatie tussen ouder en kind. Ik kan me voorstellen dat de inspectie jaarlijks of 1 keer per twee jaar polshoogte neemt en de relatie beoordeelt en afzet tegen de vooruitgang en de mentale gesteldheid van het kind.
