Pakketwijziging 2023-1 Nationaal Frequentieplan 2014
Reactie
Naam
|
Ir. F. C. T. Gale
|
Plaats
|
Rijnsburg, Zuid-Holland.
|
Datum
|
1 augustus 2023
|
Vraag1
U wordt uitgenodigd uw zienswijze te geven op dit ontwerpbesluit.
Wat de belangen van de amateurdienst en de maatschappij als een geheel betreft zou ik de volgende punten benadrukken van mijn zienswijze:
(a) Lang niet iedere zendamateur of luisteraar kan beschikken over een H.F. uitrusting, vooral de antennes die bij horen, dus ze kan best de VHF en/of UHF frekwenties gebruik van maken, dus moeten ze werken op 2m of hoger;
(b) Het is veel moeilijker om experimenten uit te voeren en verbindingen mogelijk te maken op de 23cm en 13cm banden gezien de beperkte beschikbaarheid van (meet)apparatuur en de bijkomende kosten voor deze hogere frekwenties; bovendien zijn er nog kwesties over de toekomst van de 23cm band;
(c) Zelfs werken en experimenteeren op 2m vraagt om wat grotere antennes te hebben en het zelf ontwikkelen en maken van antennes en dergelijk betekend dat er meer materiaal en ruimte nodig is dan op 70cms; bovendien is er alleen de 2 MHz ruimte in de 2m band;
(d) Er zijn nog zendamateurs die met ATV aktiviteiten bezig zijn op 70cms (met AM of smalband), sommige amateurs en luisteraars/kijkers hebben de kans niet om dit uit te oefenen op hogere frekwenties zoals 23cm en hoger;
(e) Het amateurdienst stimuleert de studie van wetenschap, technologie, engineering en wiskunde - die zijn essentiële vaardigheden in de commerciële en economishe activiteiten van vandaag. Het is van groot belang dat deze aspecten de interesse blijven wekken van de studenten van nu en de deelnemers aan de samenleving in de toekomst. Om dit allemaal te realiseeren moet het makkelijk blijven om in te duiken in zulke interessen als radio-onderzoek en de studie daarvan - als dit mogelijkheid verloren gaat dan hebben wij heel veel mensen die alle kennis over het gebruik van de "smartfone" en de computer op kantoor enz. heeft maar geen enkele idee hoe zulke dingen werkt (hoeft ook niet voor hun werkzaamheden) laat liggen hoe ze een nieuwe apparaat of technologie kan ontwikkelen.
Wat wil wij als maatschappij?
Een die alleen gebruik maakt van de uitvindingen van anderen en maar een beperkte kennis hebben om dergelijke uitvindingen te ondersteunen en daardoor afhankelijk zou worden van andere landen?
Of een samenleving en economie die kunnen werken aan de toekomst met behulp van de kennis die we kunnen ontwikkelen om een leider te zijn in het ontwikkelen van de benodigdheden en oplossingen voor de uitdagingen waar we voor staan?
Ir. F. C. T. Gale
Bijlage