Passend onderwijs
Reactie
Naam | K. Wopken |
---|---|
Plaats | Nijverdal |
Datum | 2 maart 2011 |
Vraag1
Wat is uw reactie op het wetsvoorstel? M.a.w.: Welke inhoudelijke suggestie(s) hebt u om het voorstel te verbeteren?Geef hierbij a.u.b. aan in welke hoedanigheid u uw reactie geeft (leraar, ouder, schoolleider, leerling, ambulant begeleider etc.)
Als eerste wil ik mijn ongenoegen uiten over het woordgebruik in het inleidende verhaal op deze website. De tekst “Het aantal kinderen dat een label opgeplakt krijgt…” is juist stigmatiserend. Daarnaast is vind ik het kortzichtig om de ontwikkelingen rond het rugzakje zo te verklaren. Door een toenemende hectische en complexe maatschappij waarbij de prestatie druk toeneemt (ook in het basis onderwijs) zullen deze kinderen eerder opvallen omdat zij niet mee kunnen komen en afwijkend gedrag gaan vertonen. Omdat de kennis op het gebied van ontwikkelingsstoornissen is toegenomen en de diagnose technieken steeds beter worden is men instaat om een wetenschappelijk onderbouwde diagnose te stellen. Door deze diagnose is het voor ouders en kind eenvoudiger geworden om aan de omgeving uit te leggen wat er aan de hand is, welke consequenties dit voor het kind heeft en hoe de omgeving op een positieve manier aan het welzijn van het kind kan bijdragen. Mijn persoonlijke ervaringen als ouder hebben uitgewezen dat deze aanpak juist begrip creëert en de sociale contacten van mijn kind verhogen.
De voorstellen van de minister kunnen er toe leiden dat het samenwerkingsverband uit kosten overweging per locatie een aparte klas of zelfs een aparte vestiging voor zorgleerlingen zal creëren. Hier door zullen de zorg leerlingen niet meer in een klas met niet-zorgleerlingen participeren. Hierdoor ontbreekt het hen aan goed voorbeeld gedrag en zullen de niet-zorgleerlingen onbekend zijn met de problematiek van de zorgleerling. Met onbegrip tot gevolg. Zorgleerlingen zullen dan juist worden bestempeld als gek of lastig. Met andere woorden: stigmatisering!
Verder zullen zorgleerlingen en niet-zorgleerlingen niet meer klasgenootjes zijn, waardoor zij ook buiten schooltijd niet met elkaar omgaan. De zorgleerling kan daardoor in een sociaal isolement komen waardoor maatschappelijke participatie bemoeilijkt wordt.
Wanneer niet op alle locaties de faciliteiten voor zorgleerlingen aanwezig zijn zal de zorgleerling naar een school in een andere wijk of zelfs gemeente moeten. Dit leidt weer tot een stijging in de kosten voor het leerlingen vervoer.
De verandering van de financieringsvorm zoals deze nu wordt voorgesteld zullen voor de zorgleerling op korte- en voor de maatschappij op langere termijn grote nadelige effecten hebben.