Wijziging Regeling betrouwbaarheidsniveaus Wet digitale overheid

Reactie

Naam J.R. van de Kar
Plaats Amsterdam
Datum 7 april 2025

Vraag1

U wordt gevraagd te reageren op deze voorgestelde wijziging van de Regeling betrouwbaarheidsniveaus authenticatie elektronische dienstverlening.
Voorgesteld wordt om de overgangsperiode voor inloggen met niveau substantieel/hoog te verlengen van twee naar vijf jaar. De reden die hiervoor wordt aangedragen is dat nog veel mensen hun DigiD nog niet hebben geactiveerd op betrouwbaarheidsniveau substantieel/hoog. Dit impliceert dat de toegankelijkheid van (online) zaken doen met de overheid louter praktisch wordt benaderd. De overgangstermijn wordt verlengd zodat een voldoende aantal mensen npg kan overstappen naar inloggen met niveau substantieel/hoog. Wat hier mist is de normatieve implicatie van de overgang op zich, die sommige (online) overheidsdiensten louter toegankelijk maakt voor mensen die een smartphone (willen) bezitten en gebruiken. Bepaalde overheidsdiensten zoals belasting betalen en toeslagen aanvragen zijn noodzakelijk om aan burgerlijke verplichtingen te voldoen en zijn bijna niet of geheel niet mogelijk zonder inloggen met DigiD. De Wet Digitale Overheid maakt een smartphone dus indirect verplicht. Dit heeft grote gevolgen voor mensen die niet digitaal vaardig zijn en voor mensen die geen smartphone (willen) bezitten of gebruiken. Dit is denknik in strijd met artikel 10 Gw, het recht op eerbiediging van zijn persoonlijke
levenssfeer. Een inlogmiddel met substantieel/hoog betrouwbaarheidsniveau welke geen smartphone/applicatie op de smartphone vereist, zou aangeboden moeten worden opdat de smartphone niet indirect wordt opgelegd. Bijvoorbeeld met een NFC-lezer. Ook zou mijns inziens om de toegankelijkheid en de privacy te bewaren op locaties buitenshuis gratis inloggen mogelijk moeten zijn met beveiligde computers, bijvoorbeeld in bibliotheken.