Wijziging van regeling huisvesting grote gezinnen vergunninghouders

Reactie

Vraag1

Alhoewel we de verbeterpunten van de nieuwe regeling ondersteunen, gaat de verbeterde regeling ons in Delft helaas niet helpen om de opgave aan te kunnen. De Delftse sociale huurvoorraad is niet toegerust op de huisvesting van deze (extreem) grote gezinnen. De vraag en het vrijkomend aanbod zit overwegend in kleine huishoudens en bijpassende compacte woningen. In de praktijk resulteert dit in extreem lange wachttijden of zelfs geen huisvesting voor statushouders met een groot huishouden.

Meer in algemene zin zien we dat de combinatie van uitstroom uit instellingen (Delft is centrumgemeente), huisvesting statushouders en instroom van woningzoekenden met een urgentieverklaring tot meer dan 30% instroom leidt van bijzondere doelgroepen in deelsegmenten van de vrijgekomen sociale huurwoningen. Te meer als we kwetsbare delen van het corporatiebezit willen ontlasten met de instroom van bijzondere doelgroepen en het draagvlak bij reguliere woningzoekenden en bewoners willen blijven behouden. ‘Gemiddeld genomen’ zou het moeten kunnen, maar de instroom van bijzondere doelgroepen in deelsegmenten van de corporatie voorraad verschilt enorm, temeer als we ook op veerkracht van wooncomplexen sturen.

Om aan de taakstelling voor huisvesting van statushouders te voldoen, is de inzet van de bestaande sociale huurvoorraad en de bouw van (flex)woningen naar verwachting niet toereikend. Dit geldt in het bijzonder voor de huisvesting van grote gezinnen. Er is meer nodig: het betaalbaar maken van voldoende grote vrije sector huurwoningen (doorgaans niet-DAEB) en de aankoop van te koop staande woningen.

Wat wij nodig hebben om grote gezinnen te huisvesten is een regeling die:
• het huurprijsverschil meerjarig afdekt: bijvoorbeeld verlaging maandhuur van 1.100 euro naar aftoppingsgrens 697 euro (nog even afgezien van aanvullende consequenties indien verschuiving van niet-DAEB naar DAEB);
• het aankoopbedrag voor een woning gedeeltelijk afdekt (indicatief 140k);
• toegepast kan worden op het moment dat de huisvestingsvraag zich voordoet.

Het behoeft geen betoog dat de bedragen die hiermee gemoeid zijn veel hoger zijn dan de voorgestelde regeling. De regeling zou wat ons betreft gelijk moeten zijn aan de duur van de lagere huur via een systeem van tijdelijke huurkorting. Dan nog zijn de bedragen hoog. We beseffen dat. Tegelijkertijd is dat op dit moment onze realiteit waarin we werken.

We gaan hierover graag het gesprek met uw ministerie aan.